Baanbrekende vonnissen over gelijkheid

De agenda van anti-discriminatie en gelijke behandeling heeft in Suriname met het branbrekend vonnis van de Kantonrechter een andere fase bereikt. Vanuit onze eigen optiek mogen we het oneens zijn met de rechter, maar een rechterlijk vonnis moet worden uitgevoerd. De rechterlijke macht verdient veel lof voor de durf die ze heeft getoond om in een zeer spraakmakende zaak toch grensverleggend recht te spreken. 

Het vonnis is een overwinning weer voor de rechterlijke macht, weer aan wapenfeit dat de rechterlijke macht in tact en functioneel is, iets dat ook in het buitenland is erkend na de vonnissen tegen de inmiddels overleden oud-legerleider, en voormalig president Desi Bouterse. 

Suriname presenteert zichzelf als een moderne staat die zich graag in de voetsporen begeeft van de westerse mogendheden. De beleving van de burgerrechten en vrijheden en de politieke rechten zijn in Suriname op een vrij hoog niveau. Door strijd van de ‘lgbt’ gemeenschap is de gelijke behandeling van deze gestigmatiseerde groep ook op de nationale agenda beland. In DNA is er breed draagvlak voor de gelijke behandeling en bescherming tegen geweld en uitsluiting van deze groepen. Er zijn echter groepen in DNA, bijvoorbeeld met een christelijke achtergrond, die in het openbaar zich uitspreken voor de gelijke behandeling, maar achter de schermen toch lobbyen om de erkenning en uitdrukkelijke bescherming van deze groepen uit te stellen. Suriname is een seculiere staat, er zijn geen staatsgodsdiensten. 

In Suriname is de christelijke cultuur in het openbare leven dominant door de koloniale overblijfselen die er nog zijn, maar er is helemaal geen sprake van dominantie in het sociaal-maatschappelijk leven. De beleving van de vier grote religieuze overtuigingen in Suriname het christendom, het hindoeisme, de islam en de winti religie, is in gelijke mate voelbaar. De drie religies hebben puur vanuit de heilige geschriften allemaal hun opvattingen over ‘same sex marriages’  en het varieert van tolerantie tot een absoluut verbod. In de seculiere samenleving moeten al deze afwijkende gevoelens worden geharmoniseerd in de nationale Surinaamse normen en waarden die in de wetgeving worden verankerd. Het meest veilige is om vanuit internationale normen, die niet in overwegende mate beïnvloed zijn door nationale elementen, het nationaal recht vorm te geven en deze bij te stellen vanuit uitkomsten uit nationaal debat. 

Over de rechten van de inmiddels lgbtiq gemeenschap zijn er geen diepgaande discussies gevoerd, omdat in discussies functionarissen, zoals ministers en DNA-leden, verzanden in hun persoonlijke religieuze overtuiging. In januari 2017 veroorzaakte DNA-lid Ronny Asabina ophef met zijn uitspraak dat homoseksualiteit “een gruwel in Gods ogen” is en niet bevorderd of gereguleerd mag worden in Suriname.

Maar in de seculiere samenleving moet het mogelijk zijn bijvoorbeeld dat een moslim of christen, in wiens religie same sex marriages niet zijn gesanctioneerd, toch vanuit zijn professie een factor is in de bescherming van deze groepen. In de seculiere samenleving heeft niemand een religie bij de overheid, het is een privé-aangelegenheid die zelden een rol speelt in het functioneren bij de overheid. We zien op internationale fora nog een struggle om met betrekking tot de rechten van de lgbt om alle overheden op een lijn te krijgen. 

Vooral bij het aannemen van internationale regels en verklaringen zien we dat groepen landen in Afrika en het Midden-Oosten fel gekant zijn tegen het überhaupt noemen van deze gemeenschap als een kwetsbare groep. 

In elk geval heeft de Surinaamse Kantonrechter nu beslist dat het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB) het huwelijk van 2 echtparen van hetzelfde geslacht in moet schrijven in het huwelijksregister. Het CBB had eerder geweigerd om de huwelijken van de koppels van hetzelfde geslacht in te schrijven. De twee koppels zijn wel in het buitenland getrouwd. maar konden hun huwelijk niet inschrijven. Het CBB is volgens het verplicht om binnen 7 dagen de huwelijken in te schrijven. Doet CBB dat niet dan hangt het een dwangsom boven het hoofd. Het CBB is verplicht de registratie te doen, een eventueel hoger beroep van de Staat Suriname zal geen schorsende werking hebben. 

De rechter heeft ook vastgesteld dat de regering de Surinaamse wetgeving in orde moet maken, omdat die in strijd zou zijn met enkele internationale verdragen die zijn geratificeerd door Suriname.
Het Samoa-verdrag, dat de politieke en economische betrekkingen tussen de Europese Unie (EU) en voormalige koloniën in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Zuidzee (ACP) regelt, werd in 2024 door de regering onder leiding van president Chan Santokhi ondertekend.
Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken benadrukt dat Suriname in Cariforum-verband met de EU heeft onderhandeld en zich niet eenzijdig uit het verdrag kan terugtrekken. Volgens hem is het verdrag bindend en moet Suriname zich aan de afspraken houden.
Deze ontwikkelingen hebben echter tot grote onrust geleid onder religieuze organisaties in Suriname. Verschillende groeperingen, waaronder de Stichting Evangelie Centrum Suriname (SECS), het Comité Christelijke Kerken (CCK) en de Interreligieuze Raad in Suriname (Iris), hebben zich uitgesproken tegen het verdrag.

De huidige discussie over het Samoa-verdrag en de rechten van de lgbt-gemeenschap laat zien hoe complex en gevoelig deze kwesties zijn in een land waar religieuze waarden en normen diep geworteld zijn. Het debat zal ongetwijfeld nog lang voortduren, terwijl de regering en maatschappelijke organisaties proberen een balans te vinden tussen internationale verplichtingen en nationale waarden.

error: Kopiëren mag niet!