De handel in wilde dieren in Costa Rica heeft alarmerende niveaus bereikt, met alleen al in 2024 200 meldingen door de autoriteiten. Deze illegale activiteit vormt een aanzienlijk gevaar voor de rijke biodiversiteit van het land en bedreigt het delicate evenwicht van de ecosystemen.
De directeur van het Judicial Investigation Organism (OIJ), Randall Zúñiga, benadrukte de ernst van milieucriminaliteit en stelde dat ze qua winstgevendheid wereldwijd op de tweede plaats staan na mensenhandel, mensensmokkel en drugshandel.
Hoewel de economische impact in Costa Rica nog moet worden gekwantificeerd, baren de cijfers de autoriteiten al zorgen. “Milieucriminaliteit wordt vaak over het hoofd gezien en overschaduwd door sensationelere misdaden zoals drugshandel en moorden”, aldus Zúñiga. “Het is echter een zeer winstgevende criminele activiteit die wereldwijd op de vierde plaats staat.”
In een recent onderzoek namen de autoriteiten een leguaan, 15 slangen (waaronder een soort die inheems is in Sri Lanka) en een varano (een exotische hagedissoort) in beslag. De handel omvat zowel levende als dode dieren, evenals botten en zelfs eieren.
Om deze illegale activiteit te bestrijden, heeft de Wildlife Conservation Law straffen ingesteld voor de handel, handel, handel en overdracht van wilde dieren, hun producten en derivaten zonder de juiste vergunningen. De wet bestraft ook de export of import van dergelijke soorten zonder de vereiste autorisatie.
