Tegen het eind van het jaar lijkt het alsof iedereen gelukkig is en alsof de problemen tijdelijk zijn verdwenen. Het gejammer en geklaag zijn even verstomd, vervangen door een façade van vreugde. Deze blijdschap voelt echter kunstmatig aan, alsof iedereen verplicht wordt om gelukkig te lijken, geholpen door de extra’s van de maand zoals bonussen en feestelijke aankopen.
Ruben, een kleine ondernemer, ziet door deze façade heen en vindt dat het over de hele linie slecht is gegaan dit jaar. Het beleid van de regering heeft niet alleen hem, maar ook vele anderen economisch onder druk gezet. De optimistische toespraken van overheidsfunctionarissen hebben weinig verlichting gebracht in de dagelijkse worsteling.
Met een bedrijf dat hij de afgelopen 4,5 jaar heeft zien achteruitgaan, niet door gebrek aan inzet van zijn personeel, maar door het gepruts in economisch beleid, voelt Ruben de frustratie. De koopkracht is afgenomen en daarmee ook de drijvende kracht achter zakelijk succes. Dit is geen persoonlijke mislukking maar een symptoom van bredere economische uitdagingen.
Voor 2025 verwacht Ruben weinig verbetering. Met een sombere toekomst voor ogen vraagt hij zich af waarom er toch van ons verwacht wordt gelukkig te zijn. Voor de weinigen die wel een positieve vooruitzicht hebben, berust dit vaak op mogelijkheden en kansen die anderen ontberen.
In deze tijden van kunstmatige blijdschap, is het belangrijk om stil te staan bij de realiteit. Het jaar mag dan wel eindigen met feestelijke gebeurtenissen, maar de onderliggende economische uitdagingen blijven en vragen om aandacht en actie.