Wetenschappers zijn door het onderzoek van versteende poep en braaksel meer te weten gekomen over hoe de dinosauriërs de dominante soort op aarde werden. De dino’s bleken goed in staat om hun dieet aan te passen aan wat er beschikbaar was.
De eerste dinosauriërs liepen ongeveer 230 miljoen jaar geleden rond op aarde. Zo’n 30 miljoen jaar later waren ze met afstand de dominante soort op de planeet.
Wetenschappers buigen zich al lang over de vraag hoe de dinosaurussen andere grote diersoorten, zoals enorme krokodillen en reptielen, de baas werden. Een team van Zweedse en Poolse onderzoekers schrijven in Nature dat hun aanpassingsvermogen en dieet waarschijnlijk de doorslag gaven. Dat baseren ze op hun onderzoek van ruim 100 kilo aan gefossiliseerde uitwerpselen en braaksel van dinosauriërs.
In de fossielen troffen de wetenschappers onder meer resten van vissenschubben, insecten en botten aan. Dat wijst erop dat de eerste dinosauriërs opportunistische eters waren en alles aten wat ze konden vinden. Latere fossielen laten zien dat zowel vlees- als plantetende dinosaurussen zich goed wisten aan te passen aan een vochtiger wordende periode op aarde. Ze verteerden verschillende soorten vlees en nieuwe planten relatief goed.