Op 12 september 2006 schreef ik het volgende in een ochtendblad: BUSJE KOMT ZO, STABILISATIEFONDS KOMT ZO
Het IMF beveelt in haar meest recente rapport aan om de extra opbrengsten uit de aardolie- en mijnbouwsector te stoppen in een Stabilisatiefonds. De mensen van het IMF houden zichzelf en ons goed voor de gek. Ze kunnen immers beter weten. En dat is dat we geen extra opbrengsten hebben uit de mijnbouw (aluinaarde en goud) vanwege lamlendigheid van onze regering. We hebben slechts extra opbrengsten uit de aardoliesector omdat dankzij de durf van de toenmalige machthebbers mensen als Jharap en Volkspartij consorten de gelegenheid hebben gehad en ook ondersteund zijn om hun kunsten te tonen. Echter verdampen die extra opbrengsten al heel snel voor ze de staatskas gezien hebben. Omdat onze parasitaire overheid een eeuwigdurende en steeds groter wordende geldhonger heeft. Al in 1974 toen er ook extra opbrengsten waren uit de bauxietsector is dat geld letterlijk opgemaakt aan lonen en salarissen, niet van iedereen, maar van ambtenaren en U weet dat het ambtenarenapparaat toentertijd voor 90% een aangelegenheid was van de NPS.
Dus verklaart onze minister van Financiën dezer dagen doodleuk, dat het Stabilisatiefonds er niet kan komen omdat er andere noden zijn. Wat die noden nou precies zijn, kan hij ondanks herhaald aandringen van DNA-leden helaas niet prijsgeven. Bovendien moet er eerst terzake een wet zijn, alsof het opmaken van zo een wet een huzarenstuk is. Maar met dit gegeven moet het duidelijk zijn dat met zo een beleid
Suriname zal in geen miljard jaar ontwikkeld kunnen worden. Omdat onze overheid een grote parasiet is. Wat doen de andere landen die ook veel inkomsten hebben uit de mijnbouw- en aardoliesector.
Noorwegen is als eerste land begonnen met een Fonds voor de Toekomst, als de olie op mocht raken. Premier Brundtland heeft toen het concept voor duurzame ontwikkeling gepresenteerd. Heden ten dage is het zo dat het nageslacht tot in de zoveelste generatie in Noorwegen verzekerd is van een goede toekomst en van een goed pensioen, dankzij het feit dat men de extra middelen niet direct op geconsumeerd heeft (zoals onze overheid al sinds 1974 met alle middelen doet) maar opgespaard en belegd heeft voor de toekomst.
Na de oliecrisis begin tachtiger jaren van de vorige eeuw, toen de PNP regering op Trinidad naar huis werd gestuurd wegens potverteren, en er de National Alliance for Reconstruction (NAR) met als leiders Basdew Pandey en Robinson aan de macht kwam, hebben zij ook een dergelijk fonds voor Trinidad opgezet. Dat fonds zit nu dik in de centen. Patrick Manning de huidige premier zit tegen een verkiezing aan te kijken en als sluwe vos heeft hij zo zijn eigen receptuur. Hij gaat niet de salarissen van de ambtenaren opkrikken, omdat hij dan weet dat hij dan gaat polariseren en dus de verkiezingen gaat verliezen. Neen, hij gaat de belastingen met minstens 10% verlagen waardoor een ieder die werkt, want zo hoort dat, aan koopkracht vooruit gaat. Maar de Surinamers wachten nog steeds op Busje komt zo en op Stabilisatiefonds komt zo. Hun regering houdt zich bezig met het rijker maken van het buitenland.
De volgende keer overzicht van soevereiniteitsfondsen in de wereld, doelstellingen en de praktijk.
Richard B Kalloe