De naamgeving ‘Operatie Kerstbrood’ geeft geen goed signaal van een misschien welbedoelde campagne die de politie zal starten door zichtbaarder te zijn om de pakkans te vergroten. De naam lijkt op die van een sadistische machtsspelletje van enkele mannen met wapens. Het is geen goed signaal, omdat de naam Kerstbrood niet past in acties van de politie.
Het kan op verschillende manieren worden opgevat, de naamgeving is dubbelzinnig. Kerstbrood is een gebak dat gegeten wordt rondom kerst, in de maanden november, december en ook januari. Veel burgers willen het regelmatig eten, maar het lukt niet iedereen om dat te doen. De prijzen zijn namelijk voor vele huishoudens onbetaalbaar. Op een eerlijke manier is het niet mogelijk voor de gemiddelde burger om regelmatig aan een kerstbrood te komen. Het kan wel, maar dan moeten manieren worden bedacht die niet alledaags zijn of niet inhouden een eerlijke inkomstenverwerving. We denken dan aan informele en illegale werkzaamheden, aan corruptie.
Kerstbrood is een lekkers. In Suriname is ‘lekkers’ ook een manier om pijnlijke en pestende maatregelen en acties uit te drukken. Zo wordt een pak slaag ook aangeduid als ‘lekkers’.
De naamgeving van de campagne wekt de indruk alsof de politie de burgerij zal pesten met maatregelen. De Surinaamse politie draait op macht en niet op gezag. Het korps is bekend voor machtsmisbruik van de ambtenaren van politie. De politie zal verhoogd aanwezig en zichtbaar zijn. Gebeurt dat met de bedoeling dat de politiemannen en -vrouwen extra inkomsten kunnen binnenhalen zodat ze hun kerstbroden voor thuis kunnen komen? Is het de bedoeling dat de politie de middelen binnenhaalt om hun grote decadente en onzedelijke dansi’s te houden? Is het een campagne om de burgers te pesten? De naam heeft ook het karakter van sadisme: het drijven van de spot met degenen die lijdt onder maatregelen en het ondervinden van plezier door de pijnlijke maatregelen.
De naamgeving geeft aan dat het korps niet als serieus en strikt wil worden gezien, men wil als een pesterige grappenmaker overkomen. Het bevestigt het imago dat het korps heeft. Het Surinaamse politiekorps heeft een corrupt imago. Binnen de Caribbean wordt het aangemerkt als het meest corrupte politiekorps, dat geldt ook voor de douane van Suriname.
De naamgeving geeft aan dat het politiekorps geen waarde hecht aan verantwoording aan de samenleving. De naam Kerstbrood geeft ook aan dat het korps niet bereid is te veranderen en dat men zich niets aantrekt van wat internationale peilingen over zijn imago zeggen. Ondanks verschillende publicaties hebben we nooit kunnen vernemen dat de politie bezig is met een integriteitsprogramma. Men gaat gewoon op de oude voet verder, de douane ook.
De Operatie Kerstbrood komt over als een grap en wij hopen niet dat de politiefunctionarissen de vrijbrief krijgen om pestgedrag op straat te vertonen. De naam kan ervoor zorgen dat het lager personeel zijn mandaat in een verkeerd licht beziet en het verkeerd begrijpt. De Surinaamse politie is niet onderhevig aan strenge interne monitoring. We vernemen vaak dat de bekende afdeling OPZ weigert om aangiften tegen collega’s die een scheve schaats rijden, te noteren. Overall zijn de soft skills van onze politie zeer laag. Men heeft door een slechte opleiding een laag incasseringsvermogen.
Ook zijn de omgangsvormen bar slecht, men blaft heel graag tegen de burger. De naam van de operatie is eruit, maar we bevelen de politie aan om voortaan als men naar buiten wil komen, met serieuze namen te komen. Het is voor de interne dynamiek misschien nog toegestaan om aan geheime interessante operaties zulke namen te geven. We hopen niet dat de politie een tyuku campagne heeft aangekondigd. Met betrekking tot het zeer slechte imago van het Surinaamse politiekorps dat dansi’s houdt aan het eind van het jaar op politieposten met whiskey, verwijzen we naar een recent uitgegeven Caribish rapport.
Het Corruption in the Caribbean: Insights from the General Public 2022 is geproduceerd door het World Justice Project. Dit rapport is mogelijk gemaakt met de steun van het Office of Western Hemisphere (INL) van het Bureau of International Narcotics and Law Enforcement Affairs van
het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken. Afwezigheid van corruptie is een kerncomponent van een effectieve rechtsstaat. Het rapport bevat gegevens van: Antigua en Barbuda, de Bahama’s, Barbados, Dominica, Dominicaanse Republiek, Grenada, Guyana, Haïti, Jamaica, St. Kitts en Nevis, St. Lucia, St. Vincent en de Grenadines, Suriname en Trinidad en Tobago. Het rapport presenteert gegevens over : sociale normen ten opzichte van corruptie, percepties van corruptie bij het publiek en de particuliere sector, ervaringen met verzoeken om steekpenningen door publieke en private actoren, en voorbeelden van verkiezingsmanipulatie.
De Surinaamse politie heeft in dit rapport de derde slechtste reputatie na Guyana en Haïti. Suriname is ook de topscorer corruptie wat betreft de douane; de Surinaamse douane zou de corruptste zijn in de Caribbean (perceptie van 61%), gevolgd door Haiti (58%) en Guyana (55%). We zouden dus denken dat men met z’n allen de dienst na zo’n vernietigend rapport zou genezen en helen, maar niet dus.