In een interview deelt Dharm Mungra zijn zorgen over de recente milieuvernietiging in Suriname. Hij bekritiseert president Santokhi’s aanwezigheid op de VN-klimaatconferentie COP29 in Azerbeidzjan als tegenstrijdig, gegeven de illegale houtkap en chemische besmetting in Suriname.
“Het regenwoud wordt verwoest terwijl onze regering mooie verhalen opschrijft over haar natuurbeheer,” zegt Mungra.
De president presenteerde Suriname als een ‘milieuvriendelijk’ land, terwijl satellietbeelden en rapporten de omvang van de verwoesting door kaalkap en gifstoffen blootleggen. Mungra benadrukt dat ongeveer 30.000 vierkante kilometer van Suriname is vergiftigd door kwik en cyanide, met fatale gevolgen voor het milieu.
Hij bestempelt Suriname als een “witwasser” voor internationale misstanden en merkt op dat de regering niet adequaat reageert op aanklachten van illegale goud- en landtransacties.
Op politiek vlak bespreekt Mungra ook de toenemende etnische spanningen en de aankomende verkiezingen. Hij wijst op de vorming van politieke blokken, en betwijfelt de wijsheid van het huidige kiesstelsel. Mungra pleit voor echte plannen in plaats van verkiezingsbeloften. “Suriname moet stoppen met oude manieren en naar de toekomst kijken,” zegt hij met nadruk op de behoefte aan verantwoording en duurzaamheid.