Over elf dagen viert Suriname haar onafhankelijkheid, een moment om stil te staan bij de afgelopen 49 jaar. Srefidensi is niet alleen een gelegenheid voor feestelijkheden, maar ook voor bezinning op wat we als land hebben bereikt en welke uitdagingen we nog steeds moeten overwinnen.
Terwijl we ons voorbereiden op deze bijzondere dag, is het belangrijk om de vooruitgang te evalueren. Voor veel Surinamers is die vooruitgang echter een complexe aangelegenheid. In een gesprek met Dagblad Suriname geeft de 74-jarige Antony W. zijn visie op de huidige situatie: “Suriname is niet vooruit gegaan.” Hij verwijst naar de zorgwekkende ontwikkelingen in de onderwijs-en gezondheidssector, waarvan de achteruitgang een aanzienlijk probleem vormt voor de toekomst van ons land.
De inflatiesituatie en de stijgende brandstofprijzen vormen ook grote uitdagingen voor ondernemers en het dagelijks leven van de burgers. Antony stelt terecht vragen over hoe de samenleving kan omgaan met deze hoge kosten. Toch benadrukt hij de veerkracht van Surinamers: “Gelukkig leven we in een samenleving die graag helpt.” Maar deze hulp is niet altijd gemakkelijk te bieden in tijden van crisis.
Met de komende verkiezingen in mei volgend jaar, hopen velen dat de politieke leiders hun beloftes nakomen en echt in het algemeen belang zullen handelen. De wens om samen te werken aan een betere toekomst en de hoop op positieve veranderingen zijn cruciaal in deze moeilijke tijden.
Op 25 november zou niet alleen het verleden moeten worden gevierd, maar ook nafedacht worden over wat er nodig is om een sterkere, veerkrachtigere en welvarender Suriname te bouwen. Het is tijd om samen te werken aan oplossingen en de koers van ons land te verbeteren, zodat men de komende jaren met trots op de deonafhankelijkheid kunnen terugkijken.
CS
