“Schandelijk optreden van het Openbaar Ministerie”, met deze woorden begon advocaat Delano Landvreugd zijn pleidooi dinsdag in de zaak waarin op 11 februari 2024 een 80-jarige vrouw op de J.A. Pengelluchthaven werd aangehouden op verdenking van smokkel van goud. “Dan heeft men deze mevrouw ook nog opgesloten”, vervolgde Landvreugd verontwaardigd.
De 80-jarige in Zwitserland geboren Mea B. zou afreizen naar Zwitserland waar zij een woning wilde huren tijdens haar verblijf, waarbij zij een behandeling zou ondergaan aan haar nieren. Mea had haar geld, sieraden en 9 staafjes goud bij zich. Het goud heeft zij in 2003 van haar dochter ontvangen. Een aankoopbewijs kon Mea ook overleggen, evenals een volmacht van haar dochter om het goud bij zich te hebben.
Dit hielp allemaal niet. Medewerkers van Luchthavenbeheer zagen op de scan de staafjes en voerden een onderzoek uit in de tas van Mea en hielden haar aan.
Officier van Justitie Sharda Ramdajal vroeg waarom Mea het goud niet had aangegeven. Mea voerde aan dat zij al jaren zo reist en niemand heeft haar ooit iets gezegd of gevraagd. De Officier van Justitie vroeg of ze geen formulier invulde waarop zij dit zou moeten aangeven.
Landvreugd vroeg in zijn pleidooi de aandacht van de rechter hiervoor. Op het immigratieformulier moet aangegeven worden of men fruit, wapens, drugs of meer dan USD 10.000 bij zich heeft of handelswaar met die waarde. Hoe komt de Officier van Justitie op het idee dat daarop sieraden en goud aangegeven moeten worden?
De Officier van Justitie achtte smokkel van goud bewezen en eiste een voorwaardelijke straf van 2 maanden, een proeftijd van 2 jaar en verbeurdverklaring van de 9 staafjes goud met een totaalgewicht van 1.680 gram.
Advocaat Landvreugd was niet mals in zijn kritiek naar het OM. Hij had het OM benaderd om deze zaak buiten proces met een boete af te doen. Het OM was daartoe alleen bereid als Mea al het goud, geld en sieraden zou afstaan. “Met een steen op mijn hart vroeg ik haar om nog een dag in de cel te blijven, zodat ik een verzoek tot invrijheidstelling bij de rechter-commissaris kon indienen”, voerde Landvreugd aan. De advocaat diende het verzoek in en kreeg gelijk een telefoontje van de rechter-commissaris dat de onmiddellijke invrijheidstelling van Mea werd gelast. “Wat was dan de noodzaak om deze 80-jarige mevrouw aan te houden?”.
De advocaat legt een print-out over van de website van de douane waarin is opgenomen dat bij gouden sieraden de douane kan vragen of ze al in het bezit waren van de passagier voor het afreizen. Nergens is aangegeven dat goud en vooral welke hoeveelheid goud niet meegenomen mag worden. Onderzoek bij tal van instanties leverde alleen op dat er geen vragen worden gesteld zolang het goud gedragen wordt. “Als mevrouw 5 kilo goud zou dragen, was er geen probleem.” Dit ontlokte Kantonrechter Duncan Nanhoe de uitspraak: “Zoals Bordo?”
Landvreugd entameerde ook dat Luchthavenbeheer geen enkele opsporings- en aanhoudingsbevoegdheid heeft en nimmer Mea mocht aanhouden. Pas nadien werd Mea overgedragen aan de Douane en de politie.
In haar tweede beurt stelde de Officier van Justitie, dat iedereen de wet moet kennen en de wet geldt voor een ieder, ook al ben je 80. Landvreugd maakte hier korte metten mee. Het OM heeft het opportuniteitsbeginsel. Het OM mocht aan de hand van de feiten en omstandigheden beslissen dat voor opsluiting geen noodzaak was. Al het goud en geld was al afgepakt van de mevrouw, waarvoor was de aanhouding nog nodig?
De Kantonrechter vond dat er veel zaken zijn aangevoerd, die hij allemaal wil bestuderen en zal op 14 januari 2025 uitspraak doen.