In een recent gesprek met een verslaggeefster van Dagblad Suriname spreekt de heer Ivan Campos over zijn zorgen voor zijn familie op Cuba. Hij heeft zich gevestigd in Suriname. Hij zegt dat hij elke dag aan hen denkt, vooral aan zijn moeder. “De situatie is gecompliceerd”, zegt hij. “Ik bid elke dag dat mijn familie veilig is en dat ze goed kunnen eten.”
De heer Campos steunt zijn familie maandelijks, zowel financieel als met kleine pakketjes met voedsel, zoals blikjeswaren. “Het is niet veel, maar het helpt om een gaatje te vullen”, voegt hij eraan toe. Iedere dag, als het internet het toelaat, belt zijn familie hem en eigenlijk babbelen ze over van alles en nog wat.
Osvaldo Hernández, een vriend van de heer Campos die op Cuba woont, vertelt de verslaggeefster over de schrijnende situatie in het land. “De situatie hier is moeilijk, maar we vechten om te overleven, er zit niets anders op. Ik blijf werken in het centrum voor de productie van proefdieren, in een experimenteel toxicologisch centrum. Ze betalen mij niet goed, maar dat probleem geldt voor alle Cubanen die voor de staat werken. Dit is hier een dictatuur; er is geen democratie en niemand kan protesteren.”
“Nog steeds zonder stroom, nu hebben we geen verbinding. Ik heb geen koud eten meer dat werkt, verdomme. Te veel dagen zonder stroom”, aldus de bezorgde Osvaldo.
De woorden van de heer Campos en zijn vriend Osvaldo schetsen een somber beeld van het leven op Cuba, waar de dagelijkse strijd om te overleven hen dwingt om vastberaden te blijven vechten voor hun rechten en een beter leven.
CS