Nu omstreeks 2028 de olie voor de kust gewonnen gaat worden, beginnen groepen in de samenleving zich op te maken om de voorziene inkomsten te gaan uitgeven. Als eerste heb je de grondlegger van de patronage staat de Nationale Partij Suriname de NPS, die huizen wil gaan bouwen voor haar achterban. Men kan zijn eigen huis niet bouwen maar wil wel het land regeren. Dan hebben ook anderen niet stilgestaan en bepleiten op een of andere manier de besteding van de gelden aan consumptie. Geen van ze heeft een plan gepresenteerd voor investeringen in productie, voor investeringen in de verdiencapaciteit.
Politieke elite heeft geen ontwikkelingsbeleid
Ook het ratingbureau Moody’s concludeert dat er geen beleid is. Er is wel een beleid dat is in de praktijk een reisbeleid. Er is dus geen plan of programma ten behoeve van de economische ontwikkeling. Alleen economische ontwikkeling kan de sociaaleconomische problemen waarmee Suriname te kampen heeft helpen oplossen. Zonder economische ontwikkeling gaan wij naar het stenen tijdperk.
Gedachtenkronkels als een soevereine wealth fund of iets wat daarop lijkt, hebben allemaal tot doel om de begroting van de staat te ondersteunen en de begroting bestaat voor bijkans 100% uit uitgaven voor beheerskosten en consumptie. Niets nada nul zero voor investeringen in de verdiencapaciteit van het land. De ideologie van de bodemloze put regeert Suriname.
Samenleving verkeert in angst en onzekerheid
Mensen vragen mij hoe gaan deze politici, bedoeld wordt de oude politiek, die miljarden oliedollars besteden als zij niet eens in staat zijn om een kippenhok te timmeren of een bacoven winkel te managen. Er heerst echter angst in de samenleving want men beseft dat het de laatste kans is die Suriname krijgt. Hierna rest alleen de gang naar Haïti.
Sociale hervormingen
De groeiende interesse in sociale hervormingen weerspiegelt deels de erkenning dat het huidige economische en sociale beleid onhoudbare ongelijkheden en onrechtvaardigheden oplevert. Het inkomensverdeling systeem van de twintigste eeuw is ingestort, naarmate de globalisering doorzette, de ‘neoliberale’ economie haar werk deed en de technologische revolutie transformatieve veranderingen op de arbeidsmarkten mogelijk maakte. Eén resultaat is een groeiend aantal mensen die leven onder precaire omstandigheden, met onzekere arbeid, met een gebrek aan beroepsidentiteit, met dalende en steeds volatielere reële lonen, met verlies van uitkeringen, etc.
Tenzij er een nieuw inkomensverdeling systeem kan worden opgezet – of op zijn minst de stevige beginselen daarvan.
In het partijprogramma van Naya Kadam schreef ik in 2000 over een beleid welke gelijke kansen voor een ieder biedt.
We hebben een proactief nieuw systeem nodig, dat voortbouwt op de principes van veiligheid en sociale solidariteit van het oude systeem, maar veel inclusiever is. Daarover de volgende keer meer.
Richard B Kalloe