We hebben het de voorgaande keren hier gehad over de macht van het Israelisch leger: de Israel Defence Force (IDF). Dit leger is als het ware het verlengde of een afdeling van het machtige Amerikaanse leger.
De oorlog in het Midden-Oosten is gebaseerd op een afwijkende behandeling van een etnische groep (Arabieren) en een religie (de Islam). De laatstgenoemde religie wordt in het Westen (USA en West Europa) aangevallen als te zijn barbaars. Er zijn grote politieke partijen in opmars in het Westen die tegen de opkomst van de islam en een verdere groei van de islamitisch georienteerde bevolking zijn (via migratie). In de USA zijn zowel de Republikeinen als de Democraten anti-Pan-Arabisch en anti-islamitisch. Dat heeft te maken met de openlijke politieke identiteit van de grote Amerikaanse politieke partijen. In dat opzicht verschillen de huidige presidentskandidaten voor de Amerikaanse verkiezingen, Kamala Harris en Donald Trump, niet veel van elkaar. Beiden zullen ze Israël onvoorwaardelijk en altijd ondersteunen, alleen zal Donald Trump open en eerlijk voor zijn mening uitkomen en zal Kamala Harris hypocriet zijn.
Het is enkele dagen terug duidelijk geworden dat een aantal imams (voorgangers binnen de islam) in de USA openlijk hun steun hebben betuigd aan Trump. Hij vond dat bijzonder en gaf als reden op het podium aan dat de religieuze leiders vrede in het Midden-Oosten willen en dat zou wel onder Trump kunnen. Eerder heeft Trump de mening gehad dat Jeruzalem de hoofdstad is van Israël en dus dat het niet gedeeld moet worden met moslims en christenen. Dat is een niet al te vriendelijke houding naar de Arabieren en de moslims toe. Op de vijdag is er altijd een spanning in Jeruzalem want dan wensen moslims te gaan bidden in de derde helige stad van de Islam na de Mekka en Medina. De toegang verloopt niet altijd geruisloos en de uitkomsten van de vrijdagpreken hebben soms een religieus gedreven verzetskarakter.
In elk geval is het Israelisch leger oppermachtig in het Midden-Oosten. De legers van de Arabische landen en ook van landen als Irak en Iran zullen gezamenlijk niet opwegen tegen de militaire kracht van Israël. De verhoudingen in het Midden Oosten zijn duidelijk en vandaar dat we iets opmerkelijks zien in de oorlog van Israël: het land schiet ongestoord op medewerkers van de Verenigde Naties en in het bijzonder op de peacekeepers en de UNRWA.
Recent heeft Israël het besluit genomen om de VN-organisatie voor Palestijnse vluchtelingen (UNRWA) te verbieden.
De Verenigde Staten heeft al honderden keren dit soort besluiten met zogenaamde bezorgdheid vernomen, maar ze gaat normaal wapens en bommen verkopen of schenken aan Israël zodat dit land ongestoord op medewerkers van de VN-organisaties kan schieten.
In het gehele conflict van Gaza zijn enkele zaken opvallend. Zo hebben we eerder gezegd dat VN-baas Guterres de meest waardeloze VN-ambtenaar is. De man heeft moreel-ethisch geen last om zijn dik belegde boterham te verdienen bij een organisatie, waar de armste landen ook contributie betalen en die geen rol van betekenis meer kunnen spelen bij het bewaken van de wereldvrede.
Het is verder opvallend dat moorden van personen die bij de Hamas en Hezbollah behoren inclusief leden van hun gezinnen waaronder kinderen, een doodnormale zaak is. Het is opvallend dat in de strijd van Palestina, dat vermeld staat in het Statuut van de OIC waar ook Suriname lid van is, de Palestijnen door geen enkel Arabisch land worden gesteund. Ze geven ook geen verklaringen af over het gedrag van IDF. De meest hypocriete in het geheel is de USA, en de kroon wordt gestoken nu ook steeds meer door Kamala Harris.
De Arabische landen spelen in het geheel geen rol van betekenis. Het IDF leger mag zelfs op het grondgebied van bepaalde landen operaties en bombardementen uitvoeren en mensen liquideren. Opvallend is dat er wereldwijd ook geen oproep wordt gedaan vanuit bijvoorbeeld de Arabische landen om de onschuldige Israelische gegijzelden vrij te laten.
Opmerkelijk is dat het Israëlisch parlement maandagavond een wet aan heeft genomen waarmee het de VN-organisatie UNRWA heeft verboden om nog langer te werken in Israel. Volgens het parlement is de organisatie geïnfiltreerd door leden van Hamas. Het UNRWA heeft deze beschuldigingen herhaaldelijk ontkend. Een aantal werknemers van UNRWA zou bovendien betrokken zijn geweest bij de aanval op Israël op 7 oktober vorig jaar. Negen werknemers zijn daarop ontslagen. Het parlement nam twee wetsvoorstellen aan: een die het UNRWA verbiedt om actief te zijn in Israël en een ander die de Israëlische autoriteiten verbiedt om contact te houden met het UNRWA. Daarmee heeft Israël het verdrag uit 1967, dat het UNRWA toestaat om Palestijnse vluchtelingen in Israëlische gebieden te helpen, eenzijdig opgezegd. Wat VN-baas António Guterres hierover te verklaren heeft, is o.o waard. Guterres zei dat hij de kwestie onder de aandacht zou brengen van de 193 leden tellende Algemene Vergadering van de VN.
De regeringen van landen die wapens aan Israël leveren, hebben kritiek op hun besluit, maar ze blijven de moordwapens aanleveren. We denken dan aan Engeland en Spanje. Een jaar na de oprichting van de staat Israël in 1948, die leidde tot de verdrijving van honderdduizenden Palestijnen, richtte de VN het UNRWA op. Het UNRWA helpt nu zo’n 5,9 miljoen mensen in het Midden-Oosten, onder wie 1,7 miljoen Palestijnse vluchtelingen in de Gazastrook en 871.500 vluchtelingen in de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem.
Het UNRWA biedt vluchtelingen onderdak, gezondheidszorg, voedsel en onderwijs, maar is ook een belangrijke bron van werkgelegenheid voor vluchtelingen. Zij vormen dan ook het grootste deel van de meer dan 30.000 werknemers in het Midden-Oosten. Meer dan 13.000 werknemers zijn werkzaam in Gaza. Samen met de Palestijnse Rode Halve Maan verzorgt het UNRWA bijna alle distributie van de VN-hulp die het gebied binnenkomt. Het agentschap heeft elf voedseldistributiecentra voor een miljoen mensen in Gaza, van wie meer dan de helft volgens het UNRWA leeft onder de extreme armoedegrens van 1,60 euro per persoon per dag.