Ontwikkeling Gran Morgu olieveld/welvaartfonds 

                                                               dr.ir. Albert Adama

Suriname gefeliciteerd met de FDI voor de ontwikkeling van het Gran Morgu olieveld. Hoe is het gegaan in Guyana, de westerbuur van Suriname en die sinds 2019 één van de grote olieproducenten van de regio is.

Enkele cijfers en opmerkingen:
Totale inkomsten van de olie in de periode 2019-2023: US$ 3.2 miljard. Geschat voor 2023-2024: US$ 2.0 miljard. Huidige productie van 650.000 bbl/dag met toekomstige opschaling tot 1.3 miljoen bbl/dag. Bevolking ca 800.000.

De hausse zorgt ervoor dat de economie snel groeit: Sinds 2020 is het bruto binnenlands product van Guyana verdrievoudigd.
Sinds 2022 stroomt er oliegeld de staatsbegroting binnen. Hierdoor ligt het inkomen per hoofd van de bevolking in Guyana vandaag hoger dan in Duitsland.

Er is een enorm olievoorzieningscentrum gecreëerd. In de olieproductie domineert Exxon Mobil met zijn partners.
Van de nieuwe rijkdom is in Georgetown niet veel te zien. De inwoners van de hoofdstad hebben de oliehausse tot nu toe vooral gevoeld door stijgende prijzen voor huisvesting, transport en voedsel. De inflatie is hoog met 6,6 procent
Onder de bevolking groeit het ongeduld. De werkloosheid is 12%, de jeugdwerkloosheid is twee keer zo hoog. Goedkope arbeidskrachten uit Venezuela, Cuba en Brazilië verdringen de lokale bevolking. Geschoold personeel moet worden geïmporteerd (o.a. voor de gezondheidszorg).

De regio heeft negatieve rolmodellen voor hoe Guyana het niet zou moeten doen: Ondanks grote oliereserves is Venezuela een land waaruit de bevolking al jaren massaal emigreert. Trinidad en Tobago is ook een negatief voorbeeld. Daar werd 100 jaar lang olie en gas gewonnen; de voorraden raken op en de bevolking is arm en blootgesteld aan brute clancriminaliteit. Ook het corrupte Nigeria, met een enorme olievoorraad en met een snelgroeiende miljoenen bevolking (218 miljoen) is zo’n negatief voorbeeld

Na de euforie van de FDI is het voor Surinaamse leiders de tijd om duidelijke keuzes te maken en de nodige acties te ondernemen om de verwachte olie- inkomsten met wijsheid te investeren en eerlijk te verdelen. 

In het begin van deze eeuw heb ik in enkele nachtelijke sessies in Lelydorp, gebrainstormd met ex-minister van NH, Eric Tjong Kie Sim over de bestedingen en de prioriteiten van de “gedroomde” grote olie-inkomsten van Suriname. Meer dan 20 jaren geleden, maar de investeringsprioriteiten die toen door ons werden gesteld zijn vrijwel onveranderd gebleven:

  • Infrastructuur
  • Gezondheidszorg
  • Onderwijs
  • Armoedebestrijding en economische stabiliteit
  • Aflossing van de grote buitenlandse schulden die de overheid de afgelopen 20 jaar heeft aangegaan.

De eerste drie genoemde prioriteiten en de aflossing van de schulden zijn de directe taken van de overheid. Een integraal Planinstituut, met goed opgeleide en vakkundige mensen (geen “family and friends” bezetting) zal moeten zorgen voor de voorbereiding, initiëring, begeleiding en rapportage van de gestelde investeringsprioriteiten.  

Voor de Armoede Bestrijding en Economische Stabiliteit wordt voorgesteld de Oprichting van een Vermogensfonds gebaseerd op de toekomstige Olie-inkomsten voor Suriname.

In het volgende zijn de met AI gegenereerde algemene richtlijnen voor de opzet van een Soeverein Vermogensfonds (Welvaartfonds voor Armoedebestrijding en Economische Stabiliteit) weergegeven. De vergelijkingen werden gemaakt met het succesvolle model van het Noorse Gouvernement Pension Fund Global (GPFG).

Doelstellingen:
Economische stabiliteit: Het verminderen van de volatiliteit van olie-inkomsten en het waarborgen van een stabiele economische omgeving.
Intergenerationele gelijkheid: De olierijkdom ook voor toekomstige generaties.
Duurzame ontwikkeling: Het ondersteunen van duurzame economische ontwikkeling Inkomstenallocatie: Een vast percentage van de olie-inkomsten jaarlijks aan het fonds toegewezen.
Investeringsstrategie: Gediversifieerde investeringen in wereldwijde aandelen, vastrentende waarden, onroerend goed en infrastructuur.
Bestuur: Een onafhankelijke raad met duidelijke richtlijnen en transparantiemaatregelen
Diversificatie: Investeren in een breed scala aan activaklassen om risico’s te spreiden.
Ethische richtlijnen: Implementeren van ethische investeringsrichtlijnen
Langetermijnfocus: Prioriteit geven aan lange termijn rendementen boven kortetermijnwinsten
Onafhankelijk toezicht: Een onafhankelijke raad zal toezicht 
Regelmatige rapportage: Vertrouwen
Ethische normen: Hoge ethische normen bij alle investeringsbeslissingen.

Het fonds zou op korte termijn moeten worden geïnitieerd als een duidelijke indicatie van de overheid om zo snel mogelijk de armoede te bestrijden en voor economische stabiliteit te zorgen.

Uit dit fonds zullen de ouderdomspensioenen van alle daarvoor in aanmerking komende inwoners van de Republiek Suriname worden betaald.
Olie-inkomsten
Uit historisch gepubliceerde exploratie- en productiekosten, olieprijs ontwikkelingen, gegevens uit Guyana en andere bronnen, kan worden geschat dat Suriname aan directe inkomsten tussen US$ 3.5 en US$ 5.2 miljard zal ontvangen in de 10 jaren van de ontginning van Gran Morgu. Daarnaast zullen de aan de oliewinning gelieerde activiteiten nog eens US$ 1.0 tot US$ 1.8 miljard kunnen opbrengen. Zou Suriname voor 20% deelnemen aan de ontginning van Gran Morgu, dan moet er US$ 2.1 miljard worden geïnvesteerd. Een grote obligatielening is dan nodig en waarvoor de overheid garant zal moeten staan. Inschrijvingen voor zo’n grote lening zullen voor het overgroot gedeelte van buitenlandse investeerders komen.

De condities zullen aantrekkelijk moeten worden gemaakt (o.a. hoge rente, risico mijdend). Deze directe participatie van 20%, met alle daarbij behorende risico’s zou nog eens ca US$ 7.0 miljard bruto kunnen opbrengen. Waarlijk zeer interessant, maar wegen deze extra opbrengsten op tegen de risico’s die Suriname als “mede-exploitant” loopt?

error: Kopiëren mag niet!