Het was donderdag druk op het Onafhankelijkheidsplein. De activiteiten rond de viering van de Dag der Marrons gingen al vroeg van start bij het monument op het Plein van 10 oktober aan de Henck Arronstraat. Daar vond de gebruikelijke kranslegging plaats. President Chan Santokhi, vicepresident Ronnie Brunswijk, en diverse ministers en traditionele gezagsdragers waren daarbij aanwezig.
Na de kranslegging verplaatste het feest zich naar het Onafhankelijksplein. Daar waren tenten vol lekker eten en drank opgezet. Onder de aanwezigen waren vele culturele groepen en hoogwaardigheidsbekleders. Op 10 oktober wordt herdacht en gevierd dat 264 jaar geleden het eerste vredestraktaat tussen de marrons en het voormalig koloniale bestuur werd getekend.
Het staatshoofd riep in zijn boodschap eenieder om het pad van racisme en discriminatie te verlaten en samen de natie Suriname op te bouwen.
“Deze dag moet ons eraan herinneren dat er is gestreden voor allen die onder het juk van slavernij moesten leven, niet alleen voor de zogeheten loweman paansun, maar ook de fotonenge, de stadscreool. De marrongemeenschap is een heel eind gekomen in haar sociaal maatschappelijke emancipatie en ontwikkeling, maar heeft nog een lange weg te gaan. We zien, dat als het gaat om politieke participatie, dat de marron steeds meer geloof en vertrouwen krijgt in onze politieke diversiteit. Surinamer zijn betekent dat wij allen die hier wonen, ongeacht etniciteit, het multiculturele product zijn van dit mooi land. Wans’ ope tata komopo, wi mu’ seti kondre bun”, beklemtoonde de president.
