Rijstboeren in Nickerie die kunstmest hebben ontvangen van het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) zijn daarmee al gecompenseerd voor de schade die ze het afgelopen seizoen hebben geleden. Zij zullen niet meer in aanmerking komen voor de financiële schadecompensatie van overheidswege.
Minister Parmanand Sewdien van LVV heeft vorige week dit verduidelijkt voor aanvang van de ministerraadsvergadering. De regering heeft ten behoeve van de schadecompensatie aan rijstboeren een bedrag van SRD 70 miljoen ter beschikking gesteld.
De financiële compensatie aan rijstboeren betreft schade die men heeft geleden het vorige rijstseizoen vanwege gebrekkige aanvoer van irrigatiewater. Boeren hebben daardoor zelf water moeten oppompen om hun rijstvelden te bevloeien ten behoeve van padiezinzaai. De kosten voor brandstofverbruik liepen daardoor behoorlijk op, en werkten door in de productiekosten. Die lagen aanzienlijk hoger dan de verkoopopbrengsten van de geoogste padie.
Na lang onderhandelen met de overheid hebben boeren kunnen bewerkstelligen, dat ze voor het verschil worden gecompenseerd.
Er was onder boeren enkele weken geleden ontevredenheid ontstaan over het feit dat ondertussen een deel van de boeren kunstmest hebben ontvangen. Gevreesd werd dat er straks boeren zullen zijn die zowel kunstmest als een financiële compensatie ontvangen. Die onduidelijkheid is nu weggewerkt.
Minister Sewdien zegt dat de lijst van rijstboeren die in aanmerking komen voor de financiële schadecompensatie al is doorgestuurd naar de minister van Financiën voor uitbetaling.
Met de rijstboeren is afgesproken dat met de uitbetaling in de eerste week van oktober een aanvang zal worden gemaakt. Rijstboeren kijken daarnaar uit. Ze zeggen dat indien de overheid zich niet aan de gemaakte afspraken houdt, er niet geshroomd zal worden weer tot actie over te gaan.