Op 18 september 1987 werd cesium-137 verwijderd uit een verlaten kankertherapiemachine in Brazilië. Honderden mensen werden uiteindelijk vergiftigd door straling van de stof, wat het gevaar benadrukt dat zelfs relatief kleine hoeveelheden straling kunnen vormen.
In 1985 verhuisde het Goiania Institute of Radiotherapy naar een nieuwe locatie en liet een verouderde Cesium-137 teletherapie-eenheid achter in hun verlaten hoofdkwartier. Het instituut verzuimde de autoriteiten te informeren over het bestaan van het verouderde apparaat en de machine stond meer dan een jaar in het gebouw in het centrum van Goiania, 600 mijl van Sao Paulo, voordat twee crimineel ondernemende mannen de machine verwijderden.
De mannen verkochten het op 13 september aan een lokale schroothoop. Vijf dagen later ontmantelden werknemers van de schroothoop de machine en lieten het Cesium-137 vrij dat er nog in zat.
Gefascineerd door de gloeiende blauwe steen en zich totaal niet bewust van de gevaren ervan, deelden ze stukken uit aan vrienden, familieleden en buren.