Er is een bericht in de media dat leden van de diplomatieke missie in Suriname vanuit Haiti zijn ontslagen door betrokkenheid bij mensenhandel. We hebben hier enkele keren de Surianamse regering en de grootste coalitiepartij aangemaand tot voorzichtigheid met het importeren van Haïtianen naar Suriname. In 2022 werd namelijk in de media gemeld dat Suriname arbeiders zou laten aanrukken uit Haïti. In DNA wordt door leden van de grootste coalitiepartij altijd het tekort van arbeidskrachten in de landbouw aangehaald. Er zou in 2022 een onderzoek zijn verricht. Onder voorwaarden zou toestemming zijn gegeven om 176 arbeidskrachten uit Haïti naar Suriname over te laten komen.
Wij stelden toen dat het halen van vreemdelingen onder deze omstandigheden zou betekenen dat de Staat betrokken is bij het aantrekken van migranten. Deze immigratie is dan in het algemeen belang; de behoefte moet er zijn geweest bij de Staat om deze arbeiders te importeren. Die behoefte kan de Staat zelf identificeren en daarna afstemmen met bedrijven om hen met hun vacatures af te helpen. Maar het kan ook dat bedrijven aankloppen bij de regering om haar te vragen om de arbeiders te importeren. Zo heeft de plantageeconomie de behoefte aan arbeidskrachten via de koloniale regering ingevuld door het aanrukken van tot slaafgemaakten en de contractarbeiders.
Door de Staat geleide arbeidsmigratie heeft de afgelopen 20-30 jaar niet plaatsgevonden. De laatste keer is op een zekere schaal een aantal arbeidskrachten geïmporteerd voor moeilijk invulbare arbeidsplaatsen in de bacovenvelden. Er is al jarenlang een oververtegenwoordiging van vreemdelingen geweest in de visserij (Aziaten en Guyanezen) en een behoorlijke aanwezigheid in de bouwsector (Guyanezen).
In 2022 stelden we al dat Suriname voorzichtig dient te zijn met een geval toen waarbij er vraagtekens waren met betrekking tot mensenhandel. Een persoon die betrokken was in de grootste regeringspartij, zou Haïtianen (eigen landgenoten) laten halen naar Suriname als een sociale activiteit. Daarbij zou hij duizenden dollars zonder enige tegenprestatie hebben besteed aan het charteren van vluchten en het betalen van huisvesting. We hebben hier toen gesteld dat het verweer van de meneer niet overtuigend was.
In 2022 werd opeens melding gemaakt van een bedrijf genaamd Team Haïti Agriculture Industries NV. We kennen een aantal landbouwbedrijven die gewassen, groenten en fruit telen, maar van Team Haïti is niets bekend. De grote vraag was waarmee precies dit bedrijf bezig was. Dit bedrijf zou garant staan voor de arbeiders. Maar is het nodig en verplicht dat bedrijven garant staan voor werknemers? In het Midden-Oosten is het systeem bekend waar bedrijven garant staan voor arbeiders volgens het Kafala-Systeem. En er is daar sprake van een wijdverbreide uitbuiting van arbeiders.
Het is voor ons niet verwonderlijk dat Haiti zich verplicht voelde om het hele personeel te ontslaan voor betrokkenheid bij mensenhandel. Het lijkt er veel op dat de Surinaamse regering passief is geweest in de zaak van de Haïtianen terwijl er red flags waren. Ook bij de huidige politiek betrokken personen hebben uitspraken gedaan die duiden op betrokkenheid bij mensenhandel. De Surinaamse regering weet of behoort te weten dat met bepaalde landen de kansen groter zijn dat mensen zullen worden uitgebuit middels mensenhandel. De wereldrapporten over mensenhandel tonen aan dat Haiti een kwetsbaar land is. Zoals de afgelopen vijf jaar is gerapporteerd, exploiteren mensenhandelaars binnenlandse en buitenlandse slachtoffers in Haïti en exploiteren mensenhandelaars slachtoffers uit Haïti in het buitenland. Geschat werd dat in 2023 drie miljoen Haïtianen het risico liepen te worden verhandeld. Haïti werd recent geconfronteerd met meerdere crises, waaronder bendegeweld; grote brandstoftekorten; substantiële uitstroom van irreguliere migratie; verplaatsingen van interne bevolkingen; een cholera-epidemie; het uiteenvallen van de basisinfrastructuur; en het onvermogen van de regering om basisdiensten te verlenen, waarbij waarnemers allemaal een grotere kwetsbaarheid voor mensenhandel opmerkten en een verminderde capaciteit van de overheid om deze aan te pakken.
Bij de meeste gevallen van mensenhandel in Haïti zijn kinderen betrokken bij dwangarbeid en sekshandel in restavek-situaties waarin kinderen vaak fysiek worden mishandeld, geen betaling ontvangen voor diensten en aanzienlijk lagere schoolinschrijvingspercentages hebben. Restavek is een systeem in Haiti waar ouders hun kinderen aan deren afstaan voor slavernij-achtige arbeid. In 2022 schatte een NGO dat van de kinderen in restavek-situaties tweederde meisjes zijn, meestal slachtoffers van sekshandel, en een derde jongens, meestal slachtoffers van arbeidshandel.
In 2021 werkten naar schatting tussen de 150.000 en 300.000 kinderen in huishoudelijke dienstbaarheid. In 2022 meldde een door buitenlandse donoren gefinancierde NGO-studie onder 530 Haïtianen dat 5,6 procent aangaf een kind te hebben in een situatie van restavek. Onder kwetsbare gezinnen had een derde hun kind weggestuurd in een situatie van restavek en dat ruim twee derde dat had gedaan, een kind naar een instelling gestuurd. Veel kinderen, en een meerderheid van de jongens, vluchten of worden uit deze situaties verstoten en beginnen op straat te leven en/of te werken, waardoor ze nog meer risico lopen op nieuwe mensenhandel. Het aantal kinderen in deze situatie is tijdens de Civid-pandemie waarschijnlijk toegenomen.
‘Weeshuisondernemers’ exploiteren weeshuizen zonder vergunning die kinderen uitbuiten. In oktober 2021 schatte een NGO dat er 30.000 kinderen in ongeveer 750 weeshuizen zaten, waarvan de regering destijds slechts voor 35 tot 50 weeshuizen een vergunning had verleend. Ongeveer 80 procent van de kinderen in weeshuizen heeft ten minste één levende ouder, die de kinderen mogelijk in een instelling plaatst waarvan de kans groter is dat ze voor hen kunnen zorgen, en bijna allemaal hebben ze andere familieleden.