Ik ben Michael, econoom met een visie vanuit een links perspectief. Onlangs hoorde ik minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning verkondigen dat armoede binnen twee jaar kan worden uitgebannen. Hij baseert zijn stelling op bevindingen van verschillende instituten. Kort samengevat stelt hij dat een betere besteding van huidige middelen, herverdeling, en het aanpakken van inefficiëntie en corruptie in sociaal beleid essentieel zijn voor succes.
De minister greep steeds naar het feit dat ook rijke mensen AOV (Algemene Oudedagsvoorziening) ontvangen, waarbij impliciet werd gesuggereerd dat de rijken de oorzaak zijn van de ellende. Dit doet mij denken aan president Bouterse in de jaren ’80, die bij een melkprijsverhoging de armen vertelde dat de rijken melk aan hun katten voerden. Groot applaus volgde, hoewel ook de armen de verhoogde prijs moesten betalen.
Het viel op dat de minister op geen enkel moment kon aangeven hoe groot de groep van de rijken is waarop hij doelt. Hij lijkt te suggereren dat rijk zijn door hard werken een zonde is.
De minister gaat kort door de bocht door te stellen dat armoede slechts kan worden weggenomen door corruptie en inefficiëntie in sociaal beleid aan te pakken. Wat hij hierbij vergeet, is dat hij zelf onderdeel is van de huidige regering. Indirect geeft hij dus toe dat zij de veroorzakers zijn en dat ze zich er wellicht niet tegen verzetten.
Als minister zou hij moeten begrijpen dat armoede alleen kan worden verminderd door een ongekende verhoging van productie. Hij heeft echter niet kunnen aangeven hoe dit in de komende twee jaar gerealiseerd zal worden. Zijn negatieve houding tegenover rijke mensen die hun AOV betalen, miskent het feit dat juist zij kunnen bijdragen aan productieverhoging, wat uiteindelijk criminaliteit en armoede kan verminderen.
Kortom, hoewel het plan van de minister ambitieus klinkt, ontbreekt het aan belangrijke details en realistische oplossingen om armoede daadwerkelijk binnen twee jaar uit te bannen.