In de media is bericht over een heraanbesteding van een rehabilitatieproject met geleend geld van de IDB (Inter-American Development Bank). Een deel van de communicatie van de IDB werd afgedrukt, zodat burgers zelf de inhoud konden interpreteren. Dit moet niet gezien worden als een aanval op een minister of ambtenaren.
De media zijn vrij om kritiek te uiten, zolang er geen leugens worden verspreid.
Indien een (ministeriële) fout wordt gemaakt, is de minister verantwoordelijk. Dit hoeft niet te betekenen dat de minister zelf direct iets verkeerd heeft gedaan. Het uitgangspunt is dat derden beschermd moeten worden. De IDB heeft heraanbesteding bevolen vanwege geheime informatie die naar buiten werd gebracht, wat de eerlijkheid van het proces verstoorde.
De minister moet uitleggen of de interpretatie van de IDB-brief verkeerd is en eventueel correcties doorgeven. In Suriname is het ongebruikelijk dat media navraag doen bij financiële instellingen voor verificatie. In beter ontwikkelde vrije perslanden gebeurt dit wel. Uit de beschikbare informatie blijkt echter geen verkeerde interpretatie van de IDB-brief.
Een minister kan juridisch verantwoordelijk zijn voor wanprestaties van speciale organen die hij aanstelt. Burgers mogen hun zicht uiten over mismanagement door ministers. Regeringsleiders moeten empathisch en begripvol zijn, vooral in tijden van crisis, om ruwheden en electorale verliezen te voorkomen.
Brian v. O., Wanica
