Een rots die door de NASA-rover Perseverance op Mars werd aangetroffen, vertoont kenmerken die erop kunnen wijzen dat er miljarden jaren geleden microbieel leven aanwezig was op de rode planeet.
Op 21 juli reed Perseverance langs de noordelijke rand van Neretva Vallis – een oude riviervallei die is uitgesleten door het water dat miljarden jaren geleden door de Jezero-krater op Mars stroomde – toen de rover een pijlpuntvormige rots aantrof. Een analyse van de ongeveer 90 op 60 centimeter grote rots – Cheyava Falls genaamd – toonde intussen aan dat er mogelijk sprake is van organisch materiaal, interessante vlekken die lijken op fossiele microben op aarde en dus bewijs dat er ooit water door de rots stroomde, aldus de NASA.
“Dit is de meest raadselachtige, complexe en potentieel belangrijke rots die tot nu toe door Perseverance is onderzocht”, zo verklaarde projectwetenschapper Ken Farley.
In het verre verleden was Mars een warmere, nattere planeet. Als er ooit leven is geweest, denken onderzoekers dat er sporen van in de rotsen moeten zijn achtergebleven, in de vorm van organisch – mogelijk gefossiliseerd – materiaal.
