Er is goed milieunieuws te melden. De regering meldt op 24 juli geweldig nieuws te hebben ontvangen van de minister van Ruimtelijke Ordening en Milieu (ROM) tijdens de regeringsraad vergadering. Suriname is met grote sprongen vooruitgegaan op de Environmental Performance Index (EPI). We zijn gegaan van plek 81 in 2020 naar 36 in 2024. In Latijns-Amerika en het Caribisch gebied staat Suriname zelfs op nummer 1.
Als groenste land ter wereld is het belangrijk dat we in de regio als voorbeeld kunnen dienen voor andere landen als het gaat om het maken van beleid om het milieu te beschermen. Dit schrijft de president op zijn Facebook-pagina. In 2020 stond Suriname op de 81ste plaats wereldwijd, Regionaal stonden we toen op de 19e plaats in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied. Twee jaar later, in 2022, klommen we naar plek 70 wereldwijd en plek 16 in de regio. De recente stijging naar de 36e plaats wereldwijd en de 1e plaats in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied markeert een aanzienlijke verbetering van ons milieubeleid concludeert de president. Nu zitten we in de top 40 wereldwijd. Terecht zegt de president dat we trots moeten zijn op dit resultaat. En terecht zegt hij ook, dat we er nog niet zijn.
Er zijn nog vooral uitdagingen met handhaving, met name op het gebied van vervuilingsbestrijding. Er vindt vervuiling plaats in bepaalde sectoren en dat moet worden aangepakt. Belangrijk is dat het ministerie van ROM doorgaat met het maken van beleid. In de afgelopen periode is er hard gewerkt aan beleid op verschillende gebieden zoals biodiversiteit, watermanagement, landbeheer, klimaatverandering, en vervuilings- en afvalbeheer. De president vindt dat als we blijven streven naar een schoner, veiliger en duurzamer Suriname voor toekomstige generaties, het wel goed komt. Maar veel zal ook afhangen van de minister van ROM. Milieubeheer en bescherming is een primaire taak van de overheid. De Grondwet bepaalt dat de staat de voorwaarden zal scheppen en bevorderen die nodig zijn voor de bescherming van de natuur en het behoud van het ecologisch evenwicht. Om deze kernfunctie van de staat zo efficiënt en effectief mogelijk uit te voeren, zijn institutionele structuren en wetgeving vereist om een goed milieubeheer te implementeren.
Om te komen tot een gecoördineerde en geïntegreerde structuur voor milieubeheer is er nu de Milieu Raamwet. Het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname (NIMOS) is opgericht om de structuur van het milieubeheer inhoud te geven door de milieuwetgeving gedeeltelijk te formuleren en toe te zien op de naleving van die wetgeving. Straks gaat het NIMOS over in de NMA. In 2002 heeft het NIMOS, in samenwerking met alle relevante belanghebbenden en onder begeleiding van een consortium van nationale en internationale juridische en technische experts, de eerste ontwerpwet voor milieubeheer (de Milieuwet) opgeleverd. Deze wet is een kaderwet, bedoeld om de perimeters en reikwijdte van milieubeheer in Suriname te bepalen. De verdere implementatie van de bepalingen van deze wet vindt plaats via uitvoeringsbesluiten. Het proces voor het ontwikkelen van milieuwetgeving is door het NIMOS in het begin van het jaar 2000 gestart.
Er is een rechtsvergelijkend onderzoek uitgevoerd naar de reikwijdte en werking van milieuwetten in de regio (CARICOM) en ook buiten de regio, waaronder Europa, Afrika en Amerika. De basisbeginselen van het internationale milieurecht, zoals het voorzorgsbeginsel, het beginsel dat de vervuiler betaalt en het beginsel van milieu-effectbeoordeling, hebben een leidende rol gespeeld bij de verwezenlijking van deze wet. Tijdens het hele proces van het opstellen van de Milieukaderwet is er overleg geweest met verschillende belanghebbenden van de ministeries, autoriteiten, de particuliere sector, ngo’s, enz.
De Nationale Milieuautoriteit en het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname vormen samen de Nationale Milieu Structuur in Suriname. Door deze structuur worden de bepalingen in de Kaderwet milieu op een efficiënte en effectieve manier geïmplementeerd en toegepast. In de Milieukaderwet is het doel om het milieu met de grootste zorg en voorzichtigheid te behandelen. Het doel van beleidsformulering en -planning is het bereiken van harmonisatie van het sectorale milieubeleid dat tot nu toe door de verschillende ministeries wordt gevoerd. Het geformuleerde milieubeleid moet een belangrijk uitgangspunt zijn voor sectoroverschrijdende planning.
De Nationale Milieu Autoriteit zal het mandaat krijgen om het milieubeleid te formuleren en de effectieve uitvoering te coördineren. Het State of the Environment Report zal een van de belangrijkste documenten zijn ter ondersteuning van weloverwogen beleid en besluitvorming. Dit rapport wordt ontwikkeld door het NIMOS. Er is een voorziening getroffen om milieueffecten te bestuderen voor activiteiten die worden ontwikkeld in het kader van de ontwikkeling van ons land en die potentiële effecten op het milieu kunnen hebben. De milieueffecten worden bepaald op basis van wetenschappelijk onderzoek en de feitelijke situatie. Dit betreft activiteiten die mogelijke effecten op het milieu kunnen hebben op basis van onder andere de schaal, de bedrijfsprocessen / activiteiten, de duur van de activiteiten. Enkele voorbeelden van activiteiten waarvoor een MEA nodig is, zijn het opzetten van een elektriciteitsproductie-installatie, het bouwen van een haven, het bouwen van infrastructuur, het installeren van transmissielijnen, het opzetten van mijnbedrijven, bosbouwprojecten, enz. Milieunormen en -normen zullen worden ontwikkeld om verdere vervuiling te voorkomen.
Er is aandacht besteed aan de maatregelen die moeten worden genomen om milieuvervuiling te voorkomen, waaronder het verlenen van milieuvergunningen en het herstel van getroffen gebieden. De bepaling van een milieuverontreinigende stof met hun MAC-waarden en procedures voor het herstel van verontreinigde gebieden zal plaatsvinden na grondig wetenschappelijk onderzoek en op basis van internationale normen en normen. De monitoring zal worden uitgevoerd door samenwerking met vergunningverlenende instanties en autoriteiten die al monitoringtaken hebben. Het NIMOS zal ervoor moeten zorgen dat de door haar vastgestelde milieu- en / of milieuregels worden nageleefd in de vergunningen die door het NIMOS en andere vergunningverlenende autoriteiten worden afgegeven.
Suriname heeft dus inmiddels goede regelgeving, maar het e.e.a moet afhangen van goede handhaving. Daaraan ontbreekt het nog.
