Toen Saddam Koeweit binnenviel en daarmee de eerste Golfoorlog begon, lanceerden de VS Operatie Desert Storm, waarmee ze hun neutraliteitssignaal weer gaven. De VS lieten 88.500 ton bommen vallen op Irak en Koeweit, 70% miste hun doelen, waarbij duizenden mensen om het leven kwamen en de infrastructuur werd vernietigd.
Door de VS geleide bombardementen van de coalitie verwoestten de Iraakse civiele infrastructuur. Elf van de twintig grote elektriciteitscentrales en 119 onderstations van Irak werden volledig verwoest, terwijl nog eens zes grote elektriciteitscentrales beschadigd raakten. Aan het einde van de oorlog bedroeg de elektriciteitsproductie 4% van het niveau van voor de oorlog. Bommen vernietigden de bruikbaarheid van alle grote dammen, de meeste grote pompstations, en veel rioolwaterzuiveringsinstallaties, telecommunicatieapparatuur, havenfaciliteiten, olieraffinaderijen en -distributie, spoorwegen en bruggen werden ook vernietigd.
Na de oorlog zouden de Amerikaanse sancties tegen Irak 500.000 Iraakse kinderen doden, wat volgens de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright ‘de moeite waard’ was.
