Met de publicatie van het exorbitante salaris van een onderdirecteur van de energiebedrijven Suriname door Star nieuws op 18 juli 2024 is een stroom van verontwaardiging losgebarsten. Daarenboven komt ook nog de bewering van de minister van financiën dat de energiebedrijven Suriname nog steeds niet financieel op eigen benen staat en steun behoeft en verkrijgt vanuit de staatskas. Dit alles is een logisch gevolg van het feit dat ons land dermate waardeloos bestuurd is geworden dat het de status heeft gekregen van een echt derdewereldland welke hard op weg is naar het niveau van Haïti en Timboektoe. Door het presidentieel bestuurssysteem heeft de president zoveel macht dat hij functioneert als een absolute heerser. Echter macht zonder verstand leidt eerder tot afbraak en niet tot opbouw. En dat proces van afbraak gaat gestaag verder.
Singapore contra Haïti
Singapore is een voorbeeld van een kapotte oliepalm plantage welke door wijs beleid onder condities van discipline en orde opgebouwd is geworden tot een ontwikkeld land. Daarbij heeft men gebruik gemaakt van de ontwikkelingsstrategie van state led development en niet van adviezen van het IMF of de Wereldbank. Haïti daarentegen heeft te lijden gehad van Afrikaanse instincten die haar noodlottig zijn geworden. Het vermoorden van 60.000 gevangengenomen Franse mannen na de revolutie en het roven van hun vrouwen heeft geleid tot represaille van Napoleon, wiens beleid jegens Haïti vanuit de door blanken geregeerde landen in het westen gecontinueerd werd. Het roven van 60.000 blanke vrouwen was een belediging aan het adres van de blanke mannen die in het Westen heersten en nog steeds heersen.
Het niveau van het leiderschap bepaalt of een land vooruitgaat of niet. En daarmee zijn we beland bij de kern van het ontwikkelingsprobleem van Suriname.
Sociaaleconomische inrichting van de maatschappij
Als wij als samenleving beschaving nastreven en verheffing van land en volk voorstaan dan zijn we niet gebaat bij een presidentieel regeer systeem die aan een persoon ongecontroleerde macht geeft. Sinds het jaar 2000 heeft Suriname circa 50 miljard Amerikaanse dollars verdiend. Maar het land is in alle opzichten dieper in het dal terechtgekomen.
Dat is te wijten aan het feit dat het leiderschap niet in staat is geweest uiting te geven aan een gezonde en adequate sociaaleconomische inrichting van de maatschappij. Naast het ontbreken van een beleid naar de reële economie toe is voelbaar het ontbreken van een beleid welke richting geeft aan de sociale inrichting van de maatschappij. Een inkomensbeleid is essentieel bij de sociale inrichting van de maatschappij.
Het ontbreken van een inkomensbeleid, een loon en prijsbeleid, heeft geleid tot de excessen bij de beloning van management bij parastatale bedrijven zoals staatsolie en de energiebedrijven Suriname. Ik heb in mijn periode als minister van Handel en industrie tijdens de regering Venetiaan 1, een nota opgesteld voor de Raad van ministers ter zake een te formuleren loon en prijsbeleid. Die nota is niet behandeld geworden in de Raad van ministers. Het belang ervan werd klaarblijkelijk niet ingezien en ik vermoed dat de inhoud technisch economisch moeilijk verteerbaar is geweest. Dat krijg je als voorname leden van de regering een ontwikkelingsgebrek hebben. Dan gaat een land niet vooruit, er is geen ontwikkeling, de armoede neemt toe, kortom Suriname gaat onherroepelijk richting Haïti en Timboektoe.
Richard B Kalloe