Hoewel er enige discussie is over de exacte datum, op wat waarschijnlijk 19 juli 1799 was, tijdens Napoleon Bonaparte’s Egyptische campagne, ontdekt een Franse soldaat een zwarte basaltplaat met oude inscripties in de buurt van de stad Rosetta, ongeveer 35 mijl ten oosten van Alexandrië.
De onregelmatig gevormde steen bevatte fragmenten van passages die in drie verschillende schriften waren geschreven: Grieks, Egyptische hiërogliefen en Egyptisch demotisch.
Het oude Grieks op de Steen van Rosetta vertelde archeologen dat het was geschreven door priesters ter ere van de koning van Egypte, Ptolemaeus V, in de tweede eeuw v.Chr. Het artefact bevatte dus de sleutel tot het oplossen van het raadsel van hiërogliefen, een geschreven taal die bijna 2000 jaar ‘dood’ was.
Tegenwoordig wordt de Steen van Rosetta bewaard in het British Museum in Londen, ondanks herhaalde verzoeken om de steen terug te geven aan Egypte
