De saga van Ronnie Brunswijk: Een politiek schaakspel dat uit de hand liep

De Surinaamse politiek is vaak een kleurrijk schouwspel van intriges, machtsspelletjes en onverwachte wendingen. In het hart van dit alles staat een man die zich meesterlijk door dit politieke doolhof beweegt: vicepresident Ronnie Brunswijk. Of beter gezegd, beweerde dat te doen.

Het is namelijk niet de eerste keer dat Ronnie Brunswijk zijn beklag doet over het ontbreken van financiële middelen voor de ABOP-ministeries. Het lijkt erop dat hij de schatkist als een bodemloze put beschouwt, waaruit hij naar believen kan graaien. De minister van Financiën, Stanley Raghoebarsing, ontkomt niet aan zijn beschuldigende vinger, als ware hij de Schotse mammoet die alle centen wegsnoept.

Het verhaal begint echter niet hier. Neen, het zaad der onvrede werd al eerder geplant, onder de heerschappij van ex-Financiën minister Achaibersing. Ook toen riep Brunswijk luidkeels dat men hem geen middelen gaf en zijn woorden klinken tot op de dag van vandaag na in de valleien van Paramaribo. Men zou bijna denken dat er in plaats van een regeringsgebouw een operahuis stond, met Ronnie als de dramatische tenor.

En laten we niet vergeten, de man kampt ook met het gevoel dat er niet naar hem wordt geluisterd. Een schokkende onthulling wanneer je bedenkt dat hij na vier jaar vicepresidentschap zou moeten beseffen dat hij mogelijk niet helemaal capabel is voor deze functie. Wie zou dat ooit gedacht hebben: een vicepresident die geen respect krijgt? Dat is als een koning zonder kroon, een schaap zonder wol, een Ronnie zonder drama.

In de wandelgangen van de politieke arena wordt gefluisterd dat Brunswijk zichzelf de functie van vicepresident heeft opgedrongen. Als dat waar is, heeft hij duidelijk enkele pagina’s uit het handboek “Hoe word ik een Dictator voor Dummies?” overgeslagen. Eigenlijk was de rol van vicepresident voor Marinus Bee, de huidige Assemblee-voorzitter, bedoeld. Maar Ronnie, die toch een voorkeur lijkt te hebben voor theatrale omwentelingen, draaide zijn partner de VHP vanaf dag één een loer.

Je zou denken dat hij een politieke schaakmeester was, een moderne versie van Machiavelli. Hij creëerde de illusie dat hij Assemblee-voorzitter wilde worden en legde vervolgens, als een ware grootmeester, zijn pion op de juiste plek. Eenmaal in die functie kon niemand nog iets aan hem doen en met branie legde hij zijn eis om vicepresident te worden op tafel. Chantage bleek zijn koningszet te zijn, en zo won hij het spel, of toch niet?

Brunswijk blijkt nu te worden gekookt in zijn eigen soep. Wat begon als een strategisch meesterwerk, blijkt een komplot dat in zijn eigen nadeel is uitgevallen. Hij is niet langer de marionettenspeler, maar de marionet. De poppenspeler die in de valkuil van zijn eigen intriges is gestapt.

Wat we hier aanschouwen,  is een perfect voorbeeld van een ego dat zich over de klif heeft gestort. De toneelspeler die uiteindelijk zelf het doek laat vallen. Het is Macbeth en Hamlet tezamen, een politicus verzonken in zijn eigen dramatische samenzwering.

En wat is het moraal van dit verhaal? Misschien dat geen hoeveelheid politieke gekonkel je kan redden van de gevolgen van je eigen daden. Of wellicht enkel dat het Surinaamse politieke landschap een eigenaardig doolhof blijft, waar zelfs de meest doortrapte spelers verstrikt kunnen raken in hun eigen spel.

error: Kopiëren mag niet!