De schemering viel over de stad toen Ramon Abrahams weer zijn onheilspellende retoriek lanceerde: “Wij worden uitgebuit door het buitenland!” Een echo van paniek en verdeling die de menigte in een ijzige greep hield. In de schaduwen van het congrescentrum stond Ricardo, onze kritische politicoloog, te luisteren naar de woorden die de NDP probeerde wit te wassen van de chaos die ze tussen 2010 en 2020 hadden veroorzaakt.
Plots klonk er een gil vanuit de zaal. Iedereen draaide zich om, maar Abrahams bleef ongestoord doorgaan. Een brandende smeedijzeren kroonluchter viel naar beneden, bijna precies daar waar de man stond die Abrahams recentelijk politiek had geslacht. Het voelde als een koelbloedige boodschap.
De NDP-bijeenkomst ontaardde in een collectieve hysterie. De “redders van het volk” probeerden het vuur te doven dat ze zelf hadden aangestoken, zowel letterlijk als figuurlijk. De belofte om rijkdom te beschermen die zij zelf hadden gehad zijn nu een rookgordijn van falen. De menigte, een goedgelovige massa, hing aan de woorden van de NDP, onwetend over de schaduwen die hen omringden.
In de tussentijd was de huidige regering een wandelende nachtmerrie. Hun interne meningsverschillen hadden hen vastgezet in een vicieuze cirkel. De VHP, met haar economisch verantwoorde verhalen, faalde gruwelijk om de arme bevolking te bereiken.
Abrahams’ woorden werden een demonisch mantra, de mensen marcheerden terug naar de horror van weleer. Ongemerkt door iedereen gleed er een figuur door de schaduwen naar buiten. De hel brak los en er was geen weg terug. Tegen de tijd dat men besefte wat er aan de hand was, zou het te laat zijn… voor de zoveelste keer. De nachtmerrie herhaalde zich, en de cirkel van wanhoop zou nooit breken.