Veel diersoorten hebben het vermogen om zich ongeslachtelijk voort te planten via een proces genaamd parthenogenese, wat ‘maagdelijke geboorte’ betekent. Dit komt voor bij sommige planten, insecten, amfibieën, reptielen, vogels en vissen. Het treedt vaak op in gevangenschap of wanneer vrouwtjes van mannetjes gescheiden zijn.
Een recente casus betreft Charlotte, een pijlstaartrog in North Carolina, die mogelijk via parthenogenese zwanger was voordat ze stierf. Voorbeelden van andere dieren die dit kunnen, zijn bepaalde wespen en hagedissen. Parthenogenese resulteert echter in minder genetische variatie, wat ontwikkelingsproblemen kan veroorzaken. Het blijft onduidelijk hoe vaak dit proces in het wild voorkomt.