Newmont Suriname heeft aangekondigd dat zij binnenkort een openbare bijeenkomst houdt waarin tekst en uitleg zal worden gegeven over haar plannen om een tweede zogenoemde ‘tailing pond’ (residubekken ofwel een ‘vijver’ voor de opslag van vooral vloeibaar chemisch mijnbouwafval) te ontwikkelen bij haar Merian goudmijn. De bestaande tailing pond zal volgens het bedrijf immers in 2028 haar opslagcapaciteit hebben bereikt en dus wil Newmont een tweede ‘opslag-vijver’ plannen naast de eerste tailing pond.
Welke tekst en uitleg Newmont Suriname ook gaat geven, het is een feit dat zo’n taling pond en haar dammen risico’s met zich meebrengen voor het milieu en de directe omgeving, inclusief eventueel lokale gemeenschappen. Het bedrijf zal die risico’s enigszins wegwuiven en stellen dat allerlei maatregelen worden getroffen om risico’s zo beperkt mogelijk te houden.
Maar, wie even gaat Googelen zal gauw tot de conclusie komen dat dergelijke ‘opslag-vijvers’ in diverse landen hebben geleid tot grote natuurrampen – vooral veroorzaakt door dambreuken – en vele mensen- en dierenlevens hebben gekost en aanzienlijke milieuschade hebben veroorzaakt door alle chemische rotzooi, het mijnbouwafval, uit de residubekkens, ook in buurland Brazilië.
Maar, wat een groot vraagteken is en blijft is wat er gaat gebeuren na 2028 met de volle tailing pond?
Gaat dat een open ‘vijver’ blijven? Blijven er veiligheidscontroles worden uitgevoerd? Gaat die tailing pond wellicht ‘gedempt’ worden? Gaat Newmont al het afval uit de tailing pond verwijderen en ergens in de wereld veilig opslaan? Of blijven de natuur en de lokale gemeenschappen in het gebied rond die ‘afval-vijver’ leven in de wetenschap, dat zich in de nabijheid een drijvende bom bevindt? Allemaal vragen waar Newmont Suriname wellicht tijdens de openbare bijeenkomst dinsdag 9 juli in Hotel Torarica ook kant-en-klare antwoorden op moet hebben om iedereen enigszins gerust te kunnen stellen.
Viktor Aardenburg