De loononderhandelingen tussen Ravaksur (Raad van Vakcentrales in Suriname) en de overheid over aanpassing van de lonen voor landsdienaren en aan hen gelijkgestelden liggen al ruim drie weken stil. De laatste ronde van bespreking was op 22 mei. Toen is van de zijde van de overheid een tegenbod gedaan op een eerder gedaan voorstel van de vakbeweging.
Namens de overheid worden de onderhandelingen gevoerd door een cluster ministers onder leiding van minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwering, bijgestaan door het Onderhandelingsorgaan van de Overheid (O.O).
De cluster ministers en het O.O. stelden voor een loonaanpassing van 7 procent per 1 juli, en 8 procent per januari volgend jaar. De door Ravaksur gevraagde incorporatie van de SRD 3.500 koopkrachtversterking in de lonen zou volgens het tegenbod van de overheid pas in januari geschieden.
Ravaksur heeft voorgesteld de incorporatie van de SRD 3.500 aan koopkrachtversterking in de lonen van juli te doen ingaan. Daarop wil het vervolgens een loonaanpassing van 35,6 procent, zijnde de compensatie voor de inflatie over het afgelopen jaar.
Armand Zunder, woordvoerder van Ravaksur (zie foto), heeft eerder gezegd dat de vakbeweging vindt dat het tegenbod van de overheid “ontoereikend” is. Het is geen weerspiegeling van hetgeen president Santokhi meerdere malen heeft aangegeven over het teruggeven aan de samenleving. De macro-economische cijfers zijn volgens de president flink verbeterd.
Partijen streven ernaar om voor het einde van deze maand tot overeenstemming te komen. De nieuwe loonronde voor landsdienaren en aan hen gelijkgestelden zal per 1 juli moeten ingaan.
