Onderfacturering bij het inklaren van goederen is een praktijk die de Surinaamse economie ernstig schaadt. De staat loopt hierdoor jaarlijks miljoenen aan inkomsten mis, omdat de werkelijke waarde van geïmporteerde goederen niet wordt aangegeven. Dit betekent dat de koper in Suriname de leverancier het volledige bedrag moet betalen, terwijl slechts een deel daarvan officieel wordt geregistreerd.
Wanneer minder waarde wordt opgegeven, kan alleen het opgegeven bedrag via reguliere kanalen aan de leverancier worden overgemaakt. Dit gebeurt met originele documenten en een afgegeven stempel, waardoor het lijkt alsof het legaal verloopt.
Echter, de leverancier eist het volledige bedrag, en het verschil wordt vaak op een andere manier betaald. Deze betalingen vinden buiten het zicht van de staat plaats, vaak via contant geld of waardevolle producten zoals goud of zilver.
Deze praktijk ondermijnt niet alleen de staatsinkomsten, maar bevordert ook corruptie en illegale handel. Het geld dat de staat misloopt, had kunnen worden gebruikt voor infrastructuur, onderwijs, gezondheidszorg en andere essentiële diensten. In plaats daarvan verdwijnt het in de zakken van individuen die profiteren van deze illegale praktijken.
Het is cruciaal dat de overheid strengere controles en sancties invoert om onderfacturering tegen te gaan. Dit kan onder andere door het verbeteren van de samenwerking tussen douane, belastingdiensten en financiële instellingen. Daarnaast is het belangrijk om bewustwordingscampagnes te starten om bedrijven en individuen te informeren over de negatieve gevolgen van onderfacturering.