DNA neemt wetsontwerpen geldelijke voorzieningen drie staatsmachten in behandeling

In de Nationale Assemblee zijn de meningen sterk verdeeld over de “timing” van de behandeling van de drie ontwerpwetten die gaan over de geldelijke voorzieningen van de drie staatsmachten. Het gaat om de geldelijke voorzieningen van de rechterlijke macht, die van de president en de vicepresident en van leden van de Nationale Assemblee. Van de zijde van de coalitie wordt gewezen op het belang van synchronisatie in de bezoldigingen van leden van de drie staatsmachten. Van oppositie zijde is men van oordeel dat de “timing” van behandeling van de ontwerpwetten erg onkies is. Terwijl de bevolking gebukt gaat onder moeilijke financieel-economische omstandigheden, zegent het parlement zich zelf door de geldelijke voorzieningen van zichzelf te regelen. 

Van beide kanten van het parlement is men zich ervan bewust dat de huidige stand van de politieke barometer in het land heel gevoelig is. 

De drie wetsontwerpen geldelijke voorzieningen van de drie staatsmachten zijn initiatiefvoorstellen ingediend door Asis Gajadien (VHP) en Genevievre Jordan (ABOB/PL). De wetten regelen niet alleen de bezoldigingen van leden van de drie staatsmachten, maar ook andere voorzieningen zoals pensioenen, medische voorzieningen en toelagen. 

Synchronisatie bezoldigingen

Bij de synchronisatie van de bezoldigingen wordt als uitgangspunt gehanteerd de bezoldiging reeks die geldt voor leden van rechterlijke macht.

De salarissen van leden van de rechterlijke macht, de zittende en de staande magistratuur worden gerelateerd aan die van de president van het land.

De president van het Hof van Justitie (zittende magistratuur) en het hoofd van het Openbaar Ministerie, de procureur-generaal  (staande magistratuur), krijgen een bezoldiging gelijk aan 95 procent van die van de president van Suriname. De bezoldiging reeksen van de overige, leden en plaatsvervangende leden van het Hof van Justitie en die van het Openbaar Ministerie worden ook daarvan afgeleid.

Voor wat betreft het parlement is de schadeloosstelling van de voorzitter ook gelijk aan 95 procent van de bezoldiging van de president. De schadeloosstelling van de ondervoorzitter is gelijk aan 75 procent van die van de Assembleevoorzitter. Leden van het parlement ontvangen een schadeloosstelling gelijk aan 60 procent van die van de voorzitter van het parlement.

De bezoldiging van de president van het land wordt volgens wetsontwerp vastgesteld op SRD 80.000 per maand. De bezoldiging van de vicepresident bedraagt 75 procent daarvan. 

SS

error: Kopiëren mag niet!