Graag begin ik dit artikel met een citaat van Mahatma Gandhi: “ Be the change, you want to see in the world – Wees de verandering, die je in de wereld wil zien”. Anno 2024 blijkt deze wijsheid helaas, meer dan voorheen, nog steeds helemaal zoek te zijn in Suriname; zowel een president, met een militaire achtergrond, als een president, met een politionele achtergrond, zijn niet in staat gebleken om ons land tot welvaart te brengen, danwel tenminste de al jaren heersende armoede in te dammen.
Beide presidenten blijken elkaar te hebben overtroffen, inzake het maken van inschattingsfouten en verkeerde keuzes; men zou tenminste lering kunnen hebben getrokken uit de gevolgen daarvan en het gevoerd catastrofale beleid.
Gedane zaken nemen echter geen keer, maar de “status quo – de bestaande toestand c.q. huidige gang van zaken” kan wel degelijk ten goede worden gekeerd. Desalniettemin blijkt de huidige regering, na het akkoord met het IMF, ongebreideld door te gaan met haar desastreuze hervormingen; zodanig zelfs, dat ook het IMF niet heeft kunnen nalaten over de gevolgen daarvan, voor de burgers – adequate ondersteuningsmaatregelen blijven nog steeds uit en de samenleving wordt alsmaar gevraagd de riem strakker aan te halen – een kritische noot te plaatsen. Behalve transparantie en adequate communicatie, moeten zowel het sociaal programma als het benoemings- en vooral het veiligheidsbeleid deugdelijker worden aangepakt.
Een heikel punt blijft, dat de eenheid binnen de coalitie regelmatig onder druk komt te staan en plooien te vaak glad moeten worden gestreken, waarbij zelfs onethische concessies niet worden geschuwd! Dit heeft mogelijk met de politieke cultuur van Suriname te maken, waarbij er geen rol is weggelegd voor een (in -) formateur, zoals in Nederland, maar slechts door partijbonzen wordt onderhandeld, over de verdeling van ministeries en posities; vaak is er binnen de kortste tijd een coalitieregering gevormd, waarin helaas vooral financiële sponsoren flink in de melk hebben te brokkelen en het fenomeen nepotisme ( family & friends) overeind wordt gehouden.
Opgemerkt moet worden, dat het in Nederland vaak maanden duurt, eer er een definitief akkoord is bereikt over de formatie van een regering; immers, de politieke partijen hebben meestal tegenstrijdige opvattingen over maatschappelijke vraagstukken, hetgeen we niet in ons land zien gebeuren. Suriname heeft echter structureel ermee te kampen, dat er niet wordt gekeken naar de mogelijkheden, die onze natuurlijke hulpbronnen bieden, en de doelmatigheid van ontwikkelingsprojekten; er is onvoldoende aandacht voor investering in goed onderwijs, gezondheidszorg, financieel beleid en –beheer, veiligheidsaspecten, bezuinigings- en benoemingsbeleid etcetera.
Evenmin wordt er optimaal gewerkt aan een gedegen voedselschuur, zoals vaker is toegezegd, en nog minder aan een alternatieve economische kurk, bijvoorbeeld de landbouw, waarop onze economie duurzaam kan drijven. Zo zou optimalisering van de rijstteelt, tijdens de onderhandelingen, een stabiele factor kunnen zijn, teneinde te komen tot een degelijk regeerakkoord met competente- en deskundige beleidsmakers; men lijkt het belang van de Surinaamse rijstsector te zijn vergeten.
In 2017 zijn twee rijstvarianten, door het ADRON (Anne van Dijk Rijst Onderzoekscentrum Nickerie), vernoemd naar ex-president D.D. Bouterse ( DDB -1 en DDB – 2 ), die helaas niet geschikt zijn gebleken voor de exportmarkt. De boerenzonen uit het rijstdistrict, te weten Soeresh Algoe, Lekhram Soerdjan en Rabin Parmessar, hebben helaas nagelaten iets te betekenen voor deze belangrijke sector en de lotsverbetering van de landbouwers.
Toch is nog niet alles verloren, zelfreflecterend zal het de regering onmogelijk kunnen ontgaan, dat er nog heel veel ten goede kan worden veranderd, betreffende onder meer de rijstteelt; enkele aanbevelingen daaromtrent zijn: aanpak en regelmatig onderhoud van pompgemalen, rehabiliteren van afvoerwegen, stelselmatig onderhouden van irrigatiekanalen, bevordering van zaaizaadproductie, alsook vooral beschikbaarstelling van betaalbare chemicaliën en kunstmest.
Samenwerking met India kan hierbij zeker serieus worden overwogen, hetgeen ongetwijfeld in upgrading van meer en betere productie en kwaliteit kan resulteren; Guyana heeft reeds een duurzame samenwerking met India!
Wat Suriname vooral heel hard nodig heeft, om het land tot grote hoogte te brengen, is een charismatische leider, met lef en passie, om voor land en volk te werken; een leider, die vooral integer, deskundig, dienend, inspirerend, verbindend, alsook eerlijk en open is. Suriname wil absoluut geen avonturiers, gelukszoekers, incompetente- en ondeskundige beleidsmakers (meer) hebben.
Een oprechte leider dient rekening ermee te houden, dat het belang, de welvaart en het welzijn van land en volk onvoorwaardelijk voorop gesteld moeten worden, en dat er absoluut geen ruimte is en mag zijn voor zowel andere belangen als verborgen doelstellingen.
Er rest nog maar een jaar te gaan, wie durft de kat de bel aan te binden?
Roy Harpal