Petrobras, het Braziliaanse staatsenergiebedrijf, wordt geconfronteerd met hevige weerstand terwijl het aandringt op olieboringen voor de noordkust van Brazilië in het Foz do Amazonas-bekken, wat aanleiding geeft tot discussies over milieu- en inheemse rechten op nationale schaal.
Er ontvouwt zich een belangrijke ecologische en culturele strijd in de biodiverse uitgestrektheid van de noordkust van Brazilië. Dit project benadrukt het aanhoudende conflict tussen economische ontwikkeling en milieubehoud in Latijns-Amerika.
Het Foz do Amazonas Basin, vlakbij de monding van de Amazone, is niet alleen rijk aan biodiversiteit, maar ook van cultureel belang voor talloze inheemse gemeenschappen. Deze groepen zijn voor hun levensonderhoud van oudsher afhankelijk van de ongerepte natuurlijke omgeving, die nu wordt bedreigd door het vooruitzicht van grootschalige olie-exploratie.
Petrobras beweert dat de boring, die ongeveer 175 kilometer uit de kust zal plaatsvinden, geen directe gevolgen zal hebben voor de inheemse gemeenschappen of het kustmilieu. Lokale leiders en milieuactivisten beweren echter dat elke olieramp of daaraan gerelateerd ongeval de mangroven aan de kust en het bredere ecosysteem, dat de vispopulaties en het plantenleven ondersteunt, die van vitaal belang zijn voor het levensonderhoud van de inheemse volkeren, zou kunnen verwoesten.
