Het gezicht van Seti I is een van de best bewaard gebleven in de geschiedenis van de Oud-Egyptische geschiedenis. Hij overleed 3.298 jaar geleden en heerste toen Egypte op een van zijn rijkste toppen bevond. Hij was de vader van een van de beroemdste farao’s aller tijden, Ramesses II.
Toen hij overleed, was de Egyptische mummificatie op zijn absolute hoogtepunt van perfectie.
Hij wordt vaak gezien als de best bewaarde mummie in de wereld.
Het was de Italiaanse onderzoeker Giovanni Battista Belzoni die op 18 oktober 1817 in de Vallei der Koningen het graf van Seti I ontdekte. De tombe zou hierna bekend staan als ‘de tombe van Belzoni’.
Het graf van Seti I (Graf DK 17) is de langste en diepste tombe in de beroemde Vallei der Koningen. De decoraties van het graf zijn voor een groot deel nog compleet en zijn beroemd om hun hoge kwaliteit. Er zijn onder meer veel afbeeldingen van de Egyptische farao’s en goden gevonden.
Maar, roen Belzoni de sarcofaag vond was deze leeg. De mummie werd jaren later gevonden door Emile Brugsch in een geheime bergplaats in Deir el-Bahri. Hier werden door Egyptische priesters ook lange tijd de mummies van farao’s als Amenhotep I, Ramses I, Ramses II en Thoetmosis I bewaard, uit angst voor roof van de mummies. De mummie van Seti I is tegenwoordig samen met verschillende andere koningsmummies te zien in het Egyptisch Museum in Caïro.