De zware uitbarstingen van de Tambora-vulkaan in Indonesië hielden op 17 april 1815 op. De vulkaan, die op 5 april begon te rommelen, doodde direct en indirect bijna 100.000 mensen.
De uitbarsting was de grootste ooit geregistreerd en de effecten ervan werden over de hele wereld opgemerkt. Tambora ligt op het eiland Sumbawa, aan de oostkant van de Indonesische archipel.
De uitbarstingen van Tambora hadden ook wereldwijd gevolgen voor het klimaat. Er was genoeg as in de atmosfeer geworpen waardoor de temperatuur op aarde het komende jaar daalde; het veroorzaakte ook spectaculair gekleurde zonsondergangen over de hele wereld.
Tienduizend mensen kwamen om door de uitbarstingen, de meesten op het eiland Sumbawa. In de daaropvolgende maanden stierven in de omgeving meer dan 80.000 mensen van de honger als gevolg van de daaruit voortvloeiende mislukte oogsten en ziekten.