De zevende editie van de Caribbean Food Security and Livelihoods Survey is momenteel online in uitvoering. De vorige enquête werd in april 2023 uitgevoerd en richtte zich ook op inwoners van Suriname. Ondanks dat slechts een beperkt aantal mensen heeft deelgenomen aan deze enquête, met een verdeling van 69 procent vrouwen en 31 procent mannen, biedt het onderzoek toch waardevolle inzichten.
De Caribische Gemeenschap (CARICOM) en het Wereldvoedselprogramma (WFP) hebben de Caribbean Food Security and Livelihoods Survey gelanceerd om de impact van de COVID-19 pandemie, de kosten van levensonderhoud crisis en de effecten van natuurrampen op voedselzekerheid en levensonderhoud in de loop van de tijd te belichten, die nare gevolgen kunnen hebben voor degenen die al in armoede leven of net aan de rand van armoede staan.
Voedselzekerheid en levensonderhoud vormen cruciale uitdagingen voor de ontwikkeling in het Caribisch gebied. De pandemie en de kosten van levensonderhoud hebben de koopkracht van mensen ernstig aangetast, waardoor velen gedwongen zijn moeilijke keuzes te maken om aan hun voedsel- en andere essentiële behoeften te voldoen. In de praktijk blijkt dat de gemiddelde Surinamer steeds meer geld moet uitgeven voor zijn of haar dagelijkse behoeften. Of het nu gaat om eten, drinken, nutsvoorzieningen of brandstof, de kosten zijn nog nooit zo hoog geweest voor de gemiddelde Surinamer.
Volgens de Voedselprijsindex van de Food and Agriculture Organization (FAO) zijn de wereldwijde voedselprijzen met 23,5 procent gedaald sinds maart 2022 tot en met mei 2023. Suriname heeft sinds begin 2020 te maken met hoge inflatie, met een recordhoogte in mei 2023. In mei 2023 zijn de voedselprijzen met 69,3 procent gestegen ten opzichte van mei 2022. De overgrote meerderheid van de Surinaamse respondenten meldde aanzienlijke prijsstijgingen in voedsel, brandstof, vervoer, huisvesting en gezondheidszorg.
Meer dan een derde van de respondenten meldde uitdagingen bij het bereiken van de winkels en markten in de maand voorafgaand aan het onderzoek (37 procent). Gebrek aan geld om uit te geven werd het meest genoemd als de belangrijkste reden voor beperkte toegang tot markten, aangehaald door 92 procent van degenen die geen toegang hadden tot markten. Respondenten hebben hun koopgedrag aangepast door goedkopere en minder favoriete voedingsmiddelen te kopen (74 procent) en door kleinere hoeveelheden dan gebruikelijk aan te schaffen (63 procent).
Met behulp van de Food Insecurity Experience Scale (FIES) methodologie werd geschat dat 46 procent van de Surinaamse respondenten in het onderzoek “food insecure” zijn. ‘Food insecurity’ verwijst naar de situatie waarin mensen geen betrouwbare toegang hebben tot voldoende voedzaam voedsel om een gezond en actief leven te leiden. Het kan verschillende vormen aannemen, variërend van onzekerheid over de beschikbaarheid van voedsel tot beperkte toegang tot voedzaam voedsel vanwege economische, sociale of geografische factoren.
‘Slechts een paar soorten voedsel eten’
De meest voorkomende negatieve voedsel ervaringen die respondenten in Suriname meldden, waren: “slechts een paar soorten voedsel eten” (57 procent), gevolgd door “niet in staat zijn om gezond en voedzaam voedsel te eten” (53 procent). Alarmerend genoeg ging 15 procent van de respondenten een hele dag zonder eten in de 30 dagen voorafgaand aan de enquête. De armste respondenten, vrouwelijke respondenten, jongere respondenten en alleenstaande ouders lijken het meest getroffen te zijn door alle individuele negatieve voedselgerelateerde ervaringen, blijkt uit dit onderzoek.
SD