Een voormalig diplomaat uit Suriname heeft ernstige zorgen geuit over de toenemende neiging van landen om internationale regels en verdragen, vastgesteld binnen het raamwerk van de Verenigde Naties (VN), te negeren. In het bijzonder wijst de diplomaat op recente gebeurtenissen rond de staat Israël, die wordt beschuldigd van ernstige schendingen van deze internationale afspraken, inclusief beschuldigingen van genocide op het Palestijnse volk. In slechts zes maanden tijd zijn 33.207 Palestijnse burgers omgekomen, voornamelijk vrouwen en kinderen, en zijn er 75.933 gewonden gevallen, zonder uitzicht op een einde aan deze tragedie.
Volgens de diplomaat heeft Israël sinds de bezetting van Palestijns gebied in 1967 nog geen enkele VN-resolutie, waaronder resolutie 242 die oproept tot terugtrekking uit onder meer de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever, uitgevoerd. Dit falen om actie te ondernemen heeft volgens hem de VN veranderd in “een tijger zonder tanden”.
Aanval op Iraans consulaat in Damascus
De situatie escaleerde recent verder met een aanval van Israëlische militairen op een Iraans consulaat in Damascus, waarbij negen mensen omkwamen. Iran, ook een belangrijke militaire macht in het Midden-Oosten, heeft gedreigd met represailles op een nog te bepalen moment.
Ambassade Mexico in Quito bestormd
Regionaal gezien benadrukte de diplomaat ook het recente incident waarin Ecuadoraanse veiligheidstroepen de Mexicaanse ambassade in Quito bestormden om voormalig vicepresident Jorge Glas te arresteren. Hoewel de acties van Ecuador zijn veroordeeld door zowel de Caricom als minister van Buitenlandse Zaken, Albert Ramdin, merkte de diplomaat op dat er een vergelijkbare veroordeling uitbleef voor Israëls acties in Damascus.
De oud-diplomaat benadrukt dat de fundamentele principes van diplomatieke soevereiniteit en internationale samenwerking, zoals vastgelegd in de Conventie van Wenen en andere internationale verdragen, steeds meer onder druk staan. Dit onderstreept de urgentie voor alle VN-lidstaten om hun verplichtingen na te komen en bij te dragen aan een wereldorde gebaseerd op wederzijds respect, vrede en rechtvaardigheid.
Dit incident, gezien als een ernstige inbreuk op diplomatieke soevereiniteit, leidde tot de beëindiging van de diplomatieke banden tussen Mexico en Ecuador en veroorzaakte internationale verontwaardiging. Landen en organisaties, waaronder de VN, Spanje, Groot-Brittannië, en de EU, hebben de inval veroordeeld. De Mexicaanse president noemde het een “flagrante schending” van de soevereiniteit en kondigde aan Ecuador aan te klagen bij het Internationaal Gerechtshof.
Conventie van Wenen
Diplomatieke missies worden geacht beschermd te worden door internationale verdragen zoals de Conventie van Wenen over Diplomatiek Verkeer, maar helaas zijn er gevallen waarin deze normen worden geschonden.
Het is belangrijk op te merken dat volgens het internationale recht, met name de Conventie van Wenen over Diplomatieke Betrekkingen, diplomatieke panden zoals ambassades worden beschouwd als grondgebied van de buitenlandse staat die ze bezit, en de gastlandautoriteiten hebben normaal gesproken geen recht om deze panden binnen te gaan zonder toestemming.
Personen die politiek asiel aanvragen in ambassades zijn zelden met geweld door het gastland verwijderd, gezien dit internationale wet- en regelgeving schendt.
Incidenten zoals die van Julian Assange, die na bijna zeven jaar asiel in de Ecuadoraanse ambassade in Londen door de Britse politie werd gearresteerd nadat Ecuador zijn asiel introk, tonen de complexiteit van dergelijke situaties. Het geval van de Chinese activist Chen Guangcheng, die naar de VS kon vertrekken na asiel te hebben gezocht in de Amerikaanse ambassade in Peking, illustreert hoe diplomatieke onderhandelingen soms een oplossing bieden.
Echter, de beslissing om iemand asiel te verlenen binnen een ambassade is complex en hangt af van de wetten van het land van de ambassade, het internationale recht, en de politieke context.
Ambassades en consulaten zijn door de geschiedenis heen doelwit geweest van aanvallen om verschillende redenen, zoals politieke protesten of terrorisme. Voorbeelden hiervan zijn de bestorming van de Amerikaanse ambassade in Teheran in 1979 door Iraanse studenten, leidend tot een gijzeling van 52 Amerikanen; de aanval op Amerikaanse missies in Libië in 2012, resulterend in de dood van vier Amerikanen; de bestorming van de Britse ambassade in Teheran in 2011 als reactie op sancties; en de aanval op het Amerikaanse consulaat in Jeddah in 2004 door Al-Qaeda, waarbij meerdere doden vielen.
Deze incidenten benadrukken de risico’s voor diplomatieke missies in het kader van internationale conflicten en terrorisme.