De verdachten Zameer, Singh en Hanif zijn vorige week donderdag veroordeeld tot een gevangenisstraf van 2 jaar, geheel onvoorwaardelijk met aftrek van de tijd doorgebracht in voorarrest. Tegen deze verdachten had het Openbaar Ministerie op 20 januari een gevangenisstraf van 2 jaar en zes maanden geëist voor openlijke geweldpleging. Het Openbaar Ministerie achtte openlijke geweldpleging met enig letsel bewezen.
Op 19 maart 2023 werd in het district Saramacca nabij een Suribetshop openlijke geweldpleging gepleegd door 3 mannen. De verdachten hebben hierbij de persoon Eric Saran ernstig mishandeld, waardoor deze zwaar lichamelijk letsel opliep. Het slachtoffer werd na de mishandeling ook nog aangereden door een voertuig en werd 5 meter meegesleurd waarna hij is overleden.
Vreemd genoeg stelde Officier van Justitie Romeo Rampersad dat niet met zekerheid gezegd kan worden of de letsels door de mishandeling zijn ontstaan, aangezien het slachtoffer daarna door een auto werd aangereden. Ook stelde de Officier van Justitie, dat het slachtoffer vanwege de mishandeling niet meer kon opstaan en daarom werd overreden door een auto.
Advocaat Irvin Kanhai, die de drie verdachten verdedigde, wees erop dat de Officier van Justitie zwaar lichamelijk letsel heeft ten laste gelegd en thans voor enig letsel een strafvoorstel doet. Er is een wezenlijk verschil, stelde Kanhai. Ook is het een pertinente onwaarheid aldus Kanhai, dat het slachtoffer vanwege de mishandeling niet kon opstaan. Hij heeft juist een palmboom uit een pot getrokken en is achter de verdachten aan gerend. Hierbij is hij gestruikeld. Hij kon niet tijdig opstaan en werd aangereden door een voertuig, die vervolgens 3 keer over hem heen reed. Kanhai voerde ook aan dat de Officier van Justitie stelt, dat het slachtoffer zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen door de aanrijding. De advocaat vroeg zich af welk letsel dan door de mishandeling was ontstaan. Hoe kan de het Openbaar Ministerie de rechter overtuigen, als hij zelf geen zekerheid heeft, vroeg Kanhai zich af.
Kantonrechter Lydia Ravenberg verwierp deze verweren en achtte openlijke geweldpleging met enig letsel wel bewezen. Zij ging naar een lagere straf, aangezien de verdachten allen voor het eerst in aanraking zijn gekomen met de strafrechter. Met deze straf blijven de verdachten nog zeker een jaar in het gevang.