Er zijn tegenstrijdige berichten in de ether met betrekking tot het vermogen van Suriname om zelfstandig zijn schulden af te lossen. Enige tijd terug is door de UNDP een lijst geproduceerd van de 54 ‘most indebted countries’ (ontwikkelingslanden met de hoogste schulden) in de wereld. Suriname behoorde tot die landen en dat is de erfenis van het beleid van de voorgaande regimes.
Suriname was ooit door de voorlaatste crisis niet aangetast omdat de schuldenlast laag was. Bij de publicatie van de 54 meest met schuld bezwaarde landen, is ook aangegeven dat deze 54 landen niet zelfstandig in staat zullen zijn om hun schulden af te lossen.
De oproep werd in de publicatie aan de rijke landen gedaan was om deze landen met hoge schulden hun schulden kwijt te schelden. Alleen dan zouden deze landen in staat zijn om te surviven.
Nu horen we onze minister van Financiën zeggen dat Suriname dankzij het IMF-programma, in staat zal zijn om zo sterk te zijn dat ze zelfstandig haar schulden in 2025 zal kunnen aflossen. De vraag is nu wie een foute inschatting maakt of niet de waarheid spreekt.
De verkiezingen van 2025 naderen en wij zouden geneigd te zijn te denken dat de minister zijn pet van politicus op heeft wanneer hij de mededeling over 2025 doet. De kans is groot dat het niet zal uitkomen wat de minister aan het vertellen is. Net als de vorige minister maakt ook deze minister de indruk rustig en koel te zijn, maar dat is nog geen garantie dat allemaal waar is wat ze vertellen. De kunst is om niet te liegen en bij een halve waarheid is men technisch bekeken niet aan het liegen.
De indruk wordt nu gewekt dat de moeilijke periode voorbij zou zijn, maar dat wordt al een hele tijd beweerd door de regering. Als we alleen maar kijken naar de zorgsector, dan weten we dat het financieel nog niet goed zit met Suriname. We hebben Financiën-ministers die gladde praters zijn, maar de regering is niet in staat de basale uitgaven te doen als een soevereine Staat.
De klacht van de coalitiepartner ABOP is de gehele regeerperiode geweest dat gelden, die nota bene ook nog goedgekeurd zijn en op de begroting voorkomen, niet besteed kunnen en mogen worden. Dat is het gevolg van nog steeds een moeilijke financiële situatie. Zaken worden kunstmatig nog vooral op het koersenfront goed gehouden, dat is de indruk bij de samenleving.
Er wordt al geruime tijd gesproken over een licht in de tunnel. We zouden al bij het licht zijn aangekomen, maar het is nog steeds donker.
Het kader van de overheid en de cruciale sectoren is bezig weg te trekken. Rijkere landen trekken de verplegenden van Suriname aan, Suriname is niet in staat deze werkenden op enige manier tegemoet te komen of hen goed te belonen. Recent hebben de specialisten de rust die ze altijd in acht nemen, doorbroken en aangegeven dat de nood in de sector nu echt hoog is. Er zijn geen medicijnen en verbruiksartikelen, alleen mensen die in acute nood zijn en kans hebben te overlijden, worden geopereerd. De rest moet wachten en hopen dat hun situatie niet verergert. Door het massale vertrek van onze werkers in de medische- en zorgsector, kunnen de bedden in de ziekenhuizen ook niet worden ingezet. Daardoor werd patiënten die in het ziekenhuis moeten liggen, gevraagd onder ‘medicamenteuze behandeling’ thuis te liggen en het vooral rustig aan te doen.
Wij geloven dus niet in het verhaal van de minister van Financiën dat alles koek en ei is. Uit de minister zijn woorden blijkt dat het bij hem en de regering puur gaat om de geleden van de lening binnen te halen. Er wordt dan een mooi plaatje geschetst voor het IMF, zodat de resterende middelen kunnen worden gestort. In elk geval is het geen waarheid dat deze regering de problemen die in 40 jaar zijn opgebouwd, in 4 jaar heeft kunnen oplossen.
We zullen het hier blijven herhalen, ook deze regering heeft niet eens een begin kunnen maken met het verbreden van de economische basis van Suriname. Er zijn geen nieuwe sectoren bijgekomen, ook geen groene sectoren met betrekking tot de energietransitie. In de bestaande sectoren hebben er zich geen investeringen plaatsgevonden, er zijn geen bedrijven die werkgelegenheid scheppen, ontstaan. Er is niets veranderd aan de basis en de structuur van de samenleving. Het onderwijsprobleem is niet opgelost. Werknemers verdienen achterhaalde minimumlonen, omdat zwakke bedrijven deze niet kunnen betalen.
De minister mag met deze ongenuanceerde uitspraken zijn ego strelen en in zijn onwaarheden geloven, maar het zal geen impact hebben op noch de publieke opinie noch op de steun die men wenst te verkrijgen van het electoraat. De belangen die door de regering worden gediend, zijn duidelijk. Het zijn niet zozeer de belangen van de mensen die het echt moeilijk hebben.
Het zijn de belangen van de financieel sterke groepen die een zware lobby hebben.
De minister zegt dat Suriname complimenten oogst van buitenlandse organisaties, maar hij verwart ‘courtesy’ met complimenten. Verder moet de regering niet de gunsten winnen van buitenlandse organisaties, maar van de mensen die dagelijks de bus pakken en naar het werk gaan. Van die mensen krijgt deze regering geen complimenten, omdat ze dagelijks de pijn ervaren van het overleven. De regering moet nalaten om een goed plaatje te schetsen van de economische situatie, want het zal politici niets opleveren.