De rechter heeft besloten dat de brandweerbond terug naar het werk moet. Althans er is een advies door de rechter gegeven dat alle 2 partijen weer om de tafel gaan zitten en dat de staking wordt opgeheven. Dat betekent dat de rechter, wanneer de bond zou participeren, uiteindelijk zou vonnis wijzen dat de staking onrechtmatig is en dat deze dan moet worden opgeheven. De aanbeveling van de rechter is een teken genoeg dat er een vonnis kan worden gewezen. De aanbeveling van de rechter geeft ook aan dat de staking te prematuur is gestart en dat er nog ruimte was om te praten en tot een oplossing te komen.
De staking is een middel van ‘last ressort’, een uiterste middel, en in dit geval dan blijkt het dat het niet als een uiterste middel is gebruikt. Nu gaan de bond en de minister van Justitie en Politie weer met elkaar in dialoog om tot een oplossing te komen. Daarbij is het dan van belang dat de partijen in redelijkheid en billijkheid naar elkaar toe optreden.
Eerder hebben we aangegeven dat er geen recht op overwerk bestaat voor werkende mensen maar een plicht in bijzondere gevallen. Nadat overwerk is verricht ontstaat een recht op overwerktoelage. Deze overwerktoelage moet in de wet van de ambtenaren of van de brandweer zijn opgenomen. Is dat niet zo, dan moeten de brandweermannen gewoon per extra gewerkte uur betaald gaan krijgen.
We weten allemaal dat overwerken in de bedrijven voor een extra betaling zorgt. De rechter zal naar wij denken niet zo ver gaan om de regel die niet bestaat voor de brandweer, toe te passen en wel naar analogie van een wet die voor andere werkers van toepassing is. Wij hopen dat de brandweer, wat gevaarlijk en belangrijk werk is, gauw tot een oplossing komt met de overheid.
We hebben eerder gezegd dat de overuren aan banden moeten worden gelegd, want het is niet goed voor de lichamelijke en geestelijke gezondheid en voor het gezin en het maatschappelijk leven van de mensen. Lange uren maken, dag in dag uit, gaat zijn tol eisen. Wat de regering moet doen is een deel van de overtollige ambtenaren een kans geven om brandweerman te worden. Daarmee kunnen tekorten worden opgegeven en hoeven er dan geen overuren te worden gemaakt. Daarmee is dan een deel van het probleem van de overtollige ambtenaren opgelost. Werken de overtollige ambtenaren niet mee, omdat ze liever lui dan moe zijn, dan moet er een regel worden gemaakt dat deze mensen kunnen worden afgevoerd.
Het overheidsapparaat moet worden gezond gemaakt en als de mensen werken dan is er geen vuiltje aan de lucht.
Nu lezen we dat behalve overwerk ook de veiligheid van de brandweer een issue is. Brandweerwerk is gevaarlijk werk, de brandweerman zet zijn leven op het spel om levens te redden. Soms lezen we dat brandweermannen tijdens het werk het leven hebben gelaten. Ook kunnen ze behoorlijke verwondingen oplopen. Daarom is veiligheid geen issue om over te praten. De veiligheid van de brandweer moet up to date zijn. Dat begint met een goede veiligheidstraining en preventietrainingen. Daarna komen de persoonlijke beschermingsmiddelen. De regering moet deze op tijd komen en daarbij de bind betrekken want die heeft wel een stem wat betreft de kwaliteit van de middelen. Daarnaast moeten de brandweermannen een aparte goede SOR-verzekering hebben. Deze verzekering moet op een zodanige niveau zijn afgesloten dat bij een tijdelijke of blijvende arbeidsongeschiktheid, er goede bedragen aan de brandweer kunnen worden betaald.
Ook moet er een goede overlijdensverzekering zijn, voor het geval de brandweerman iets overkomt. Dan moeten de partner en kinderen in aanmerking komen voor een goede uitkering. Wij weten dat de politie allang voor zo een verzekering vecht en dat is meer dan terecht.
Nu lezen we dat de brandweer al jaren klaagt over de slechte beschermingsmiddelen en een tekort aan werkmateriaal. We lezen dat men werkt met versleten brandjassen en schoeisel en dat het wagenpark ook niet deugt. We vragen ons af hoe deze dingen niet op de begroting kunnen worden gezet en goedgekeurd. Als die goedkeuring van de begroting heeft plaatsgevonden, dan is het aanschaffen van deze middelen een haalbare zaak. We lezen vaak dat tweedehands middelen aan het leger en de brandweer worden geschonken vanuit bepaalde landen. Wij denken dat we onze militairen en de brandweer wel in hun waarde moeten laten. Het is onacceptabel dat ze kleding van ergens anders krijgen. Werkmateriaal is nog een andere zaak, maar het moet wel gaan om materiaal dat niet afgeschreven is.
We zijn een onafhankelijk land, dat is een bewuste keuze geweest. Wij verdedigen ook elke keer dat de onafhankelijkheid terecht en op tijd was. Dan moeten we niet falen om ten minste onze vitale onderdelen goed te onderhouden en hen niet te laten overkomen als bedelaars.