De website InSight Crime besteedt deze week in een uitgebreid artikel weer veel aandacht aan de handel en wandel van een cocaïnehandelaar in Suriname. Het artikel is een aaneenschakeling van feitelijk veel oude, alom bekende informatie en vooral suggestieve opmerkingen en verdachtmakingen – zonder concrete bewijzen aan te dragen – als zou huidig vicepresident Ronnie Brunswijk contacten hebben onderhouden met cocaïnehandelaar Brian Blue Adans.
Volgens InSight Crime hangt het vermogen van die heer Blue om aan gerechtigheid te ontsnappen, “grotendeels” af “van zijn invloed en contacten binnen de Surinaamse regering”. Blue zou al sinds de jaren 1990 actief zijn in de cocaïnehandel. Hij staat internationaal via een Interpol Red Notice gesignaleerd.
“Blue heeft zeker meerdere corrupte politieagenten op zak”, vertelde een Surinaamse wetshandhaver, die anoniem wilde blijven, aan InSight Crime.
Zelfs nadat president Chandrikapersad Santokhi in juli 2020 aantrad als opvolger van Bouterse, is Blue erin geslaagd te voorkomen dat hij het doelwit van de autoriteiten werd.
Blue lijkt, aldus de InSight Crime website, te hebben geprofiteerd van een relatie met Brunswijk.
Slechts enkele weken nadat Brunswijk en Santokhi aan de macht kwamen, in augustus 2020, deelden Amerikaanse DEA-onderzoekers (Drug Enforcement Administration) informatie met Colombiaanse tegenhangers over een incident dagen eerder waarbij zij vermoedden dat Brunswijk had ingegrepen om een in beslag genomen lading cocaïne terug te halen. Een hooggeplaatste Surinaamse veiligheidsfunctionaris bevestigde het verhaal aan InSight Crime. De onderzoeker zei dat Blue eigenaar was van de lading en dat Brunswijk betaalde voor de interventie.
Het is onwaarschijnlijk dat de regering een onderzoek naar Blue wil.
Blue’s bewezen banden met de drugshandel en mogelijke connectie met Brunswijk tonen een onwil om machtige criminele spelers en corruptie op hoog niveau aan te pakken.
“De zaak van Brian Blue, met vermeende banden met de vicepresident, versterkt alleen maar een negatieve publieke perceptie. Als er niets anders is, kan de optiek niet slechter zijn”, aldus Scott MacDonald, oprichter en directeur van het Caribbean Policy Consortium.
