In de aanloop naar de algemene verkiezingen in India probeert premier Modi een hervorming door te voeren die een religieus criterium voor nationaliteit introduceert. De timing is vooral een politieke berekening, in de aanloop naar de landelijke verkiezingen die in het voorjaar gepland staan.
Op maandag 11 maart kondigde de Indiase regering de implementatie aan van een wet die moslims stigmatiseert en hen de rechten ontzegt die aan andere religies worden gegeven. Deze hervorming van het staatsburgerschap, die in december 2019 door het Parlement werd aangenomen, is nooit ten uitvoer gelegd.
Het leidde tot de grootste protestbeweging van het land, en drie maanden van demonstraties die eindigden in bloedvergieten, met anti-islamitische pogroms ontketend door hindoefanaten in Noord-Delhi. Drieënvijftig mensen werden gedood.
Maandag maakte minister van Binnenlandse Zaken Amit Shah op X, de regels voor de implementatie van de wet bekend.
The Modi government today notified the Citizenship (Amendment) Rules, 2024. These rules will now enable minorities persecuted on religious grounds in Pakistan, Bangladesh and Afghanistan to acquire citizenship in our nation.
— Office of Amit Shah (@AmitShahOffice) March 11, 2024
With this notification PM Shri @narendramodi Ji has…
De tekst heeft tot doel vluchtelingen te regulariseren die tot religieuze minderheden behoren en worden vervolgd in aangrenzende landen met een moslimmeerderheid – Pakistan, Bangladesh en Afghanistan – die vóór eind 2014 legaal of illegaal India zijn binnengekomen.
De tekst bevat een lijst van de religies die in aanmerking komen voor naturalisatie, zoals hindoes, parsi’s, sikhs, Boeddhisten, jaïnisten en christenen, maar moslims zijn uitgesloten. Deze laatsten zijn echter ook slachtoffer van vervolging in de omgeving, zoals de Rohingya in Myanmar of de Hazara in Pakistan.