Het Assembleelid Harriet Ramdien (VHP) heeft vorige donderdag tijdens de behandeling van nadere wijziging van de Milieu Raamwet opnieuw de problematiek van petflessen en andersoortig plastic vuil in het milieu aangekaart. Ze vindt dat er al jaren hierover in het parlement wordt gesproken en aangedrongen wordt op wet- en regelgeving, maar dat er daartoe maar geen beweging komt van de zijde van de regering. Ze zegt dat indien niet spoedig wet- en regelgeving komt om het probleem aan te pakken, ze zelf met een initiatiefvoorstel zal komen.
Het vraagstuk van petflessen en andersoortig plastic vuil in het milieu neemt steeds ergere vormen aan en er moeten dringend structurele acties worden ondernomen. De milieuverontreiniging brengt niet alleen gevaar met zich mee voor de volksgezondheid. Petflessen en andersoortig plastic vuil zorgen voor ernstige verstoppingen van afwateringswegen en veroorzaken schade. In de rivieren vormen ze een gevaar voor de kwaliteit van het drinkwater.
In de Milieu Raamwet van 15 mei 2020, waarvan nadere wijzigingen vorige week in het parlement in behandeling zijn genomen, staat onder meer dat in verband met de verontreiniging, aantasting of uitputting die belastend is of kan zijn voor het milieu, er een milieu verwijderingsbijdrage, een milieuheffing naar aard of soort, statiegeld of andere financiële bijdrage kan worden geheven.
Milieubijdrage
Dit kan al dan gebeuren in de vorm van een indirecte belasting, bestemd voor de verwijdering uit het milieu en de verwerking van afval, een contaminant of een gevaarlijke stof. De hoogte van de verwijderingsbijdrage, de milieuheffing, het statiegeld of andere financiële bijdrage wordt bepaald afhankelijk van de hoeveelheid, het gewicht, de omvang, de inhoud, de uitstoot of bewerkelijkheid van het afval, de contaminant, de gevaarlijke stof of de aard of mate van de verontreiniging.
De Milieu Raamwet voorziet verder in het instellen van een Milieufonds krachtens een staatsbesluit. De overheid moet in de eerste vijf jaren nadat het Milieufonds is ingesteld jaarlijks ten laste van de staatskas SRD 1 miljoen in het fonds stoppen, bestemd voor de exploitatie van het fonds.
SS
