Twee restaurants in Delhi, Moti Mahal en Daryaganj, beweren beiden de beroemde curry te hebben uitgevonden.
Op een foto genomen op 29 januari 2024 eet sieradenontwerpster Rubina Kapoor Butter chicken tijdens een diner in het Moti Mahal-restaurant in New Delhi.
Butter chicken heeft wereldwijd veel fans. Het is een gerecht van gouden, sappige stukjes kip, gekookt in een levendige, pittige, en zijdezachte tomaten- en roomsaus, vaak geserveerd met naan of dampende witte rijst.
Nu staat dit decadente gerecht centraal in een bittere juridische strijd tussen twee restaurants in de Indiase hoofdstad, New Delhi.
De eigenaars van de restaurants zijn nu in een rechtszaak verwikkeld over de geschiedenis van deze curry, die dateert van vóór de opdeling van het subcontinent in India en Pakistan. Beide restaurants claimen het oorspronkelijke huis van het geliefde gerecht te zijn.
De (betwiste) geschiedenis van Butter chicken
Kundan Lal Gujral leerde eerst koken in een snoep- en sherbetwinkel in Peshawar, nu Pakistan.
In 1947, te midden van de chaotische splitsing van het subcontinent in India en Pakistan, verhuisde Gujral naar Delhi, waar hij het eerste Moti Mahal-restaurant opende.
Het restaurant werd bezocht door onder meer de eerste premier van India, Jawaharlal Nehru; de eerste onderwijsminister Maulana Azad alsook de voormalige president van de Verenigde Staten Richard Nixon en voormalige first lady Jacqueline Kennedy.
Later benoemde Gujral zijn neef, Kundan Lal Jaggi, tot partner – een beslissing die decennia later zou leiden tot de strijd om Butter chicken. Jaggi’s erfgenamen openden in 2019 hun eigen restaurant, Daryaganj, in Delhi om Jaggi’s culinaire nalatenschap te vieren.
Moti Mahal vs Daryaganj – de strijd van de Kundan Lals
Er is nu een bitterheid tussen de twee restaurants en de felle vete tussen de twee families heeft geleid tot een 2.752 pagina’s tellende rechtszaak ingediend door Moti Mahal, waarin zij hun rivaal, Daryaganj, beschuldigen van het ten onrechte nemen van de eer voor de uitvinding van boterkip. De zaak had op 16 januari zijn eerste zitting.
De huidige eigenaar van Moti Mahal, Manish Gujral, beweert documentair bewijs te hebben ingediend dat zijn grootvader, Kundan Lal Gujral, de ware uitvinder van de gerechten was.
De familie Daryaganj beweert echter dat de overleden Jaggi samen met Gujral Moti Mahal opende in 1947, waar het gerecht werd uitgevonden. Daryaganj stelt dat dit hen het recht geeft om aanspraak te maken op de creatie van het gerecht.
Moti Mahal eist 20 miljoen roepies ($240.000) aan schadevergoeding voor auteursrechtinbreuk en oneerlijke concurrentie.
De toekomst van deze kwestie blijft onzeker en juridische processen in India kunnen maanden, zo niet jaren duren. Tot die tijd zal de zaak blijven sudderen. Deskundigen voorspellen dat, naarmate Indiase restaurants wereldwijd gaan, er meer rechtszaken zullen zijn rondom familiegerechten.