De seculiere staat

Er is in Suriname in bepaalde kringen ophef ontstaan over bepaalde opmerkingen die de bisschop van de Rooms-Katholieke Kerk zou hebben gedaan met betrekking tot de voortvluchtige verdachten. De geestelijke zou hebben gehekeld, dat er rechterlijke vonnissen zijn uitgesproken tegen personen en dat deze personen voortvluchtig zijn, zonder dat er moeite wordt gedaan vanuit de bevoegde autoriteiten om iets te doen aan het aanhouden en opsporen van deze verdachten. 

In de media wordt de houding van de geestelijke en ook van de IRIS gehekeld vanwege de scheiding van kerk en staat in Suriname. Suriname is namelijk een seculiere samenleving waarbij de kerk zich niet bemoeit met de politiek. 

Maar wij menen dat de seculiere staat niet betekent dat de kerk totaal geen visie mag hebben over wat er in het land gebeurt. De seculiere staat betekent niet dat de kerk zich afgezonderd houdt van de maatschappij en haar mening beperkt tot het geloof en de doctrines en leerstukken van het geloof. Wanneer de realiteit van de dagelijkse samenleving, het lijden en de pijn van soms een volk voorbij gaat aan het oog van de kerk, dan wordt de kerk een overbodig instituut en gaan de kerken ook leeglopen en terecht. 

Wij menen dat de kerk wel degelijk zich mag opwerpen als ongevraagde geestelijke adviseur, bijvoorbeeld van regeerders of van belangrijke instituten van het land. De vraag echter is in welke gevallen mag een kerkelijke autoriteit uitkomen over het functioneren van de Staat waarin die actief is. De eerlijkheid gebiedt ons om te zeggen dat we in de eerste plaats niet denken aan individuele vonnissen van personen. Wij denken dat de kerk vanuit de heilige geschriften, vanuit meerdere denominaties die in IRIS zijn vertegenwoordigd, verplicht is uit te komen, wanneer er sprake is van onderdrukking en lijden van het volk, door toedoen van mensen, door handelingen en omissies van regeerders. 

De kerk bemoeit zich bijvoorbeeld met de politiek, wanneer dat leidt tot onderdrukking en lijden van het volk en terreur tegen het volk. Met de politiek wordt hier niet bedoeld het actief meedoen aan partijpolitiek, maar zich uitlaten over de keuzes en de houding van de regering en regeerders. De kerk komt niet de eerste en de beste keer uit, vooral in een land met relatieve rust en orde. 

Wij vinden wel dat de IRIS gepast is uitgekomen, toen burgers via LIM FM opriepen om een ‘war’ in het land uit te roepen. Ook heeft men bij LIM FM laten blijken door uitlatingen dat bepaalde bevolkingsgroepen die in de minderheid zijn (koelie’s) vergeleken met een andere (blakamang) daarop bedacht moeten zijn. We hebben 17 februari 2023 nog vers in het geheugen en op een politieke vergadering van de NDP is in bedekte termen maar een hint te geven voor chaos in het land. Wij vinden het gepast dat onder deze omstandigheden de IRIS is uitgekomen in december 2023. De rechtvaardiging zit hem hierin dat door etnisch geweld onschuldige burgers die niets te maken hebben met vonnissen en de berechting van Bouterse, slachtoffer of in preventieve zelfverdediging dader kunnen worden van strafbare feiten. En dat zou massaal kunnen gebeuren. 

Het bericht van de IRIS was genoodzaakt door de oproep tot oorlog vanuit het radiostation LIM FM met name door de uitspraken: ‘dan na war ini a kondre’ en ‘moro blakaman de in a kondre moro koelie jere’. Deze uitspraken zijn gedaan door een volwassen man die niet krankzinnig is verklaard en ook niet lijdt aan een geestelijke aandoening waarvoor hij wel of niet behandeld wordt: Eugene van der San, voormalig minister van JusPol. Overigens is de meneer de kortst zittende minister van JusPol ooit, omdat hij zich binnen no time met een aan hem gegeven wapen in zijn eigen been schoot (figuurlijk bekeken uiteraard). Dus de IRIS oproep was vanwege deze meneer en de ruimte die hij kreeg van LIM FM zonder enige correctie, noodzakelijk. 

Wij hebben gezien dat, omdat de veroordeelde Bouterse is gevlucht, de oproep van LIM FM en het ongeleide projectiel Van der San niet heeft geleid tot gewelddadige acties. Er is een relatieve rust, dus er is geen aanleiding meer voor de kerk en IRIS naar ons oordeel om zijn mening te geven over bijvoorbeeld voortvluchtigen.  

Kortom, wij zijn wel de mening toegedaan dat de kerk en IRIS mogen uitkomen als er sprake is van lijden, terreur en onderdrukking van de massa of van een minderheid. Wij vinden ook dat ze moeten opkomen bij oproepen tot geweld tegen mensen op basis van hun huidskleur, religie, afkomst, sociale stand etc… In Zuid-Amerika hebben we een geschiedenis van het opkomen van de kerk tegen terreur van militaire junta’s die het volk hebben onderdrukt. Er zijn veel boeken daarover geschreven. Dat zijn de klassieke voorbeelden waar de kerk inkomt met risico voor eigen leven om het op te nemen voor de massa. In deze hebben we ook veel (gedwongen) verdwijningen gehad. Er zijn nog steeds landen in Latijns- en Midden-Amerika in die situatie. 

De kerk wordt dan op den duur slachtoffer ook van de terreur, omdat ze de kant van de massa en de onderdrukten kiezen. Die situaties van massaal of groepslijden hebben we niet in ons relatief vreedzame land, welke wel bedreigd worden door mediabedrijven als LIM FM en Culturu TV. Daarom is het geboden dat de IRIS ook bedachtzaam uitkomt met politiek getinte boodschappen. Anders gaat ze beticht worden van partijdigheid en daarop begint het nu te lijken. Dat blijkt temeer daar de IRIS en de kerk zich niet hebben uitgelaten over de genocide die nu gaande is in Palestina: het is de eerste genocide die wordt vastgelegd en die de wereld live mag volgen. Daarvoor betalen Palestijnse journalisten overigens een grote prijs.  

error: Kopiëren mag niet!