Topvoetballer Quincy Promes moet zes jaar de cel in voor zijn betrokkenheid bij de invoer van twee partijen cocaïne in de haven van Antwerpen. Dat heeft de rechtbank in Amsterdam vandaag, woensdag 14 februari, besloten. Tegen Promes was negen jaar cel geëist. Hij gaat in hoger beroep, aldus zijn advocaten.
Quincy Promes zat volgens justitie in een groot netwerk van criminelen, van wie er inmiddels velen achter de tralies zitten. Volgens justitie had Promes zelfs een leidinggevende rol én een rol als financier. Uit gekraakte chatgesprekken ontdekten politie en justitie enkele jaren geleden hoe hij in januari 2020 uithalers aanstuurde om een partij van 650 kilo coke en een van 712 kilo binnen te halen. De douane onderschepte overigens een van die twee partijen. De drugs kwamen uit Brazilië, verstopt in zakken zeezout.
De rechtbank vindt dat bewezen kan worden dat Promes bij de invoer van beide ladingen betrokken was, puur en alleen om nog meer geld te verdienen dan hij al doet als topvoetballer. Het is voor de tweede keer dat 50-voudig ex-international Promes (32) wordt veroordeeld tot een celstraf. In juni vorig jaar kreeg hij 1,5 jaar cel voor het neersteken van een neef tijdens een familieruzie. Tegen die straf is hij in beroep gegaan.
De aanvaller van de Russische topclub Spartak Moskou was niet bij de uitspraak aanwezig.
Promes voetbalt alweer sinds begin 2021 in Rusland bij Spartak en is daardoor relatief veilig voor justitie in Nederland. Sinds hij gezocht wordt laat hij zich niet of nauwelijks zien buiten Rusland. Hij staat internationaal gesignaleerd, wat betekent dat hij op heel veel plekken ter wereld opgepakt kan worden om naar Nederland te worden gestuurd.
