Rusland heeft arrestatiebevelen uitgevaardigd tegen de Estse premier Kaja Kallas en andere hooggeplaatste functionarissen uit de Baltische staten en Polen, wegens de vernieling of schade aan monumenten van Sovjet-soldaten. Dit is onderdeel van zestien strafzaken tegen acties in Estland, Letland, Litouwen, Polen, en Oekraïne.
Kallas werd specifiek in staat van beschuldiging gesteld vanwege de verwijdering van een Sovjet T-34 tankmonument in de Estse stad Narva in augustus 2022. De Russische autoriteiten wijzen deze daad en soortgelijke acties in andere landen aan als “vijandige acties tegen Ruslands historische geheugen”.
Naast Kallas zijn arrestatiebevelen uitgevaardigd voor onder anderen de Estse minister van Buitenlandse Zaken Taimar Peterkop, de Litouwse minister van Cultuur Simonas Kairys, en 59 van de 68 leden van het Letse parlement die voor het opzeggen van een verdrag met Rusland stemden aangaande het behoud van monumenten. In Litouwen en Polen zijn ook verschillende functionarissen en gemeentelijke afgevaardigden op de lijst geplaatst vanwege soortgelijke incidenten met Sovjetmonumenten.
Maria Zakharova, woordvoerder van het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken, benadrukte dat acties tegen de nagedachtenis van Sovjetsoldaten die de wereld van het nazisme en fascisme bevrijdden, niet onbestraft mogen blijven. Dit wijst op een mogelijke voortzetting van dergelijke maatregelen tegen functionarissen van betrokken landen.
