Op 13 februari 2024 gebruikte de Indiase politie traangas tegen honderden boeren die in New Delhi demonstreerden voor hogere oogstprijzen, zoals beloofd in 2021 door de regering. De spanningen liepen op na het mislukken van gesprekken met ministers over het vaststellen van minimumprijzen voor diverse gewassen. De confrontatie vond plaats bij een grensovergang tussen de staten Punjab en Haryana, waar veel boeren zich bij de mars naar de hoofdstad hadden aangesloten.
Deze demonstratie is de nieuwste in een serie protesten die meer dan twee jaar geleden zijn begonnen en vindt plaats enkele maanden voor de nationale verkiezingen waarin premier Narendra Modi een derde termijn ambieert. De boerenvakbonden eisen wettelijke garanties voor staatssteun of aankoop van gewassen tegen minimumprijzen en een verdubbeling van hun inkomen, zoals beloofd door de regering.
Minister van Landbouw Arjun Munda meldde dat sommige problemen zijn opgelost, maar dat verdere discussie nodig is. De regering kondigt jaarlijks minimumprijzen aan voor meer dan twintig gewassen, maar koopt alleen rijst en tarwe tegen deze prijzen op, wat slechts ongeveer 6% van de boeren ten goede komt. Na protesten in 2021 beloofde de regering-Modi een panel op te richten om steunprijzen voor alle landbouwproducten te garanderen.