In 1994 werd Gloria Ramirez in Riverside, Californië (VS) naar de eerste hulp van het Riverside General Hospital gebracht. Tijdens de behandeling van haar werden verschillende ziekenhuis personeelsleden plotseling ziek, met symptomen als flauwvallen, misselijkheid en spierspasmen.
Eerst meldde een verpleegster dat er een vreemde, knoflookachtige geur uit het lichaam van Ramirez kwam. Dit werd gevolgd door verschillende medische personeelsleden, waaronder artsen en verpleegsters, die zich duizelig en misselijk begonnen te voelen. Sommigen meldden zelfs dat ze zich licht in het hoofd voelden en een metaalachtige smaak in hun mond ervoeren.
Omdat de situatie snel escaleerde, werd het ziekenhuis gedwongen de eerste hulp te evacueren. Het team voor gevaarlijke stoffen (HAZMAT) werd ingeschakeld om het te onderzoeken en ontdekte dat het bloed van Ramirez zeer giftig was.
Haar bloed had een ongebruikelijke chemische samenstelling en haar aderen waren gevuld met een vreemde, olieachtige substantie die later werd geïdentificeerd als dimethylsulfoxide (DMSO).
Ondanks de inspanningen van de medische staf stierf Ramirez een paar uur nadat hij in het ziekenhuis was opgenomen. De oorzaak van haar giftige bloed blijft tot op de dag van vandaag een mysterie.
Er zijn in de loop der jaren verschillende theorieën voorgesteld om de vreemde chemische samenstelling van Ramirez’ bloed te verklaren. Eén theorie suggereert dat de DMSO in haar bloed het resultaat was van haar kankerbehandelingen.