De in totaal meer dan een half miljoen hectare grond die ingevolge een besluit van de regering aan het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) beschikbaar is gesteld, heeft niets te maken met de Mennonieten. Hoewel de gronden gereserveerd zijn voor agrarische productieactiviteiten, zal uiteindelijk minder dan 25 procent geschikt blijken te zijn voor agrarische doeleinden. De rest zal ongeschikt zijn.
Minister Parmanand Sewdien van LVV verduidelijkte donderdagmiddag tijdens de tweede ronde van de begrotingsbehandeling in het parlement, dat momenteel deskundigen bezig zijn met een nader onderzoek in de diverse gebieden. Er wordt vooral gekeken naar de agro-ecologische zonering van de gebieden, alsook de bodemkundige en de agro-hydrologische situatie. De rapporten die tot nu toe hierover zijn geproduceerd, liggen bij zijn ministerie ter inzage.
Voedselschuur
Sewdien legde uit dat het reserveren van gronden voor agrarische doeleinden bezien moet worden in het kader van de beleidsdoeslstelling van de regering om Suriname tot voedselschuur voor de regio te maken. Hiertoe moet een aantal randvoorwaarden in plaats zijn. Onder meer noemde hij lab-faciliteiten, waarvan de bouw ondertussen is opgepakt, training en bemensing van deze faciliteiten, training van boeren, verwerking- en verpakkingsfaciliteiten en ontwikkeling van exportmarkten. Het beschikbaar hebben van geschikte grond behoort tot een van deze randvoorwaarden. Zo zijn er diverse locaties in kaart gebracht waar de productieactiviteiten ongestoord kunnen plaatsvinden. Voorkomen moet worden dat irrigatiebronnen vervuild raken of dat plotseling mijnbouwactiviteiten daar plaatsvinden.
Bestemmingsgebieden
Om te voldoen aan exportvereisten zullen de gebieden ook als zodanig moeten worden ingericht met bufferzones. LVV zal samen met het ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu werken aan nog meer detail voor het aanwijzen van bestemmingsgebieden voor agrarische doeleinden.
Minister Sewdien zei, dat er niet blind gestaard moet worden op het totaal van alle arealen die beschikbaar zijn gesteld. Dit, omdat rekening gehouden zal moeten worden met de status van Suriname als carbon negatief land, het behoud van biodiversiteit en internationale richtlijnen inzake verbod op ontbossing binnen een bepaalde afstand van kreken en rivieren.
SS